29 JUNI 1989
256
van de kennis en de inzet die we thans geleverd hebben zo goed mo
gelijk daaraan voldoen. Ik ben ook de leiding van de milieudienst
en de betrokken onderdelen die hieraan hebben meegewerkt bijzon
der dankbaar dat het zo tot stand is gekomen. Natuurlijk zal bij
de evaluatie het oordeel van de medewerkers daarin worden meegeno
men. Dat spreekt vanzelf. Als de leiding het goed vindt, maar de
dienst kan er niet mee werken, dan komt dat vanzelfsprekend aan
de oppervlakte, misschien reeds in tussentijdse evaluaties, maar
laten we daar niet op vooruit lopen.
Akkoord
148. VERDELEN VAN DE STELPOST INVESTERINGEN AUTOMATISERING 1969 -
149. VASTSTELLEN VAN EEN VERORDENING BETREFFENDE OUDERSCHAPSVER
LOF.
150. VASTSTELLEN VAN EEN VERORDENING BETREFFENDE DE RECHTSPOSITIO
NELE ERKENNING VAN ALTERNATIEVE SAMENLEVINGSVORMEN.
151. VERSTREKKEN VAN GELDLENINGEN T.B.V. DE FINANCIERING VAN HET
CONTINGENT SOCIALE WONINGBOUW 1989 -
152. GARANDEREN VAN DE RICHTIGE BETALING VAN RENTE EN AFLOSSING
VAN EEN OF MEER DOOR DE STICHTING NEDERLANDSE CENTRALE VOOR
HUISVESTING VAN BEJAARDEN TE AMSTERDAM AAN TE GANE GELDLENIN
GEN TOT MAXIMAAL F 8.500.000,-- T.B.V. DE FINANCIERING VAN
DE RENOVATIE VAN "HUIZE RUITERSBOS" AAN DE BOEIMEERWEG TE
BREDA
Akkoord
153. VOORLOPIG VASTSTELLEN VAN DE JAARREKENING 1987
De heer BOER
Dit is de laatste jaarrekening van de oude inhaalslag en daarmee
hebben we een geweldige prestatie geleverd om weer bij te komen.
Bij de komende jaarrekeningen worden nieuwe methodes gebruikt en
gaan ook de bio's en rio's een rol spelen. De output nog niet
want die gaat pas later werken. Wat ons bijzonder zorgen baart is
de personele bezetting op de afdeling financiën. We weten dat er
uitermate hard gewerkt wordt en dat is ook bewezen in de afgelo
pen jaren. Wij vrezen dat de werkdruk zo groot wordt, dat wel
eens fouten kunnen gaan ontstaan of eventueel achterlopen, of dat
de werkdruk te groot wordt en dat mensen ziek worden. Daar willen
wij nadrukkelijk de aandacht voor vragen. Wij zijn erg blij dat
deze jaarrekening achter de rug is en dat een nieuwe periode be
gint.
Wethouder RöMKENS
Mijn dank in de richting van de heer Boer voor zijn waarderende
woorden in de richting van ambtenaren en college met betrekking
tot de afronding van de inhaalslag. Ik hoop de verwachting van de
heer Boer waar te kunnen maken door nog dit jaar met de jaarreke
ning 1988 in de raad te kunnen verschijnen. Misschien mag ik wel