29 JUNI 1989
vanuit de beleidssector cultuur een zeer goede stap gezet door
een externe adviseur aan te trekken, met als taak te proberen be
stuurscommissie, medewerkers van de bibliotheek en ambtenaren van
de sector cultuur, in gezamenlijkheid, te laten werken aan een an
dere kijk op de bibliotheek. De beleidsnota die nu verschenen is,
is in mijn ogen daarvan het voorlopige sluitstuk. Ik zou het wil
len kenmerken als een ondernemingsgezinde nota, in die zin: er
zitten nieuwe initiatieven en ideeën in, die de bibliotheek zowel
inhoudelijk, als financieel, als organisatorisch uit het slop kun
nen halen. Kernelementen zijn: versterking van de centrale. Duide
lijk in dat verband is uiteraard ook de vraag naar de termijn en
plan
ning van de herhuisvesting van de centrale bibliotheek. Het filia-
lenbeleid is een tweede kernelement. We handhaven het spreidings-
beleid, maar tegelijkertijd wordt binnen die spreiding gewerkt
naar doelgroepen toe, waardoor men gerichter en waarschijnlijk
ook beter tegemoet kan komen aan de vraag naar de voorziening van
de openbare bibliotheek. Dan de financiën: het zag er slecht uit,
het ziet er nu wat beter uit bij de openbare bibliotheek. Er is
een groot aantal maatregelen genomen en het sluitstuk is de ruim
f 168.000,uit de saldi-reservewaardoor de bibliotheek de ge
legenheid wordt gegeven met een blanco rekenblad verder te gaan.
Tot slot: het management. In het raadsvoorstel wordt gezegd dat
de externe adviseur nog een aantal weken/maanden bezig is met
zijn activiteit. Ik zou U nadrukkelijk willen vragen om de man
agementondersteuning, dat is in mijn ogen toch iets anders dan
een echt interim-management, te laten voortduren om de invoering
van de ideeën uit de beleidsnota gestructureerd te kunnen laten
plaatsvinden. In dat verband vraag ik U te willen toezeggen, dat
de commissie regelmatig management-rapportages krijgt, die gaan
over de uitwerking, ofwel de realisering, van de nota. Er is een
aantal voorbeelden vanavond genoemd. Ik vind niet dat we een jaar
moeten wachten op een evaluatie, maar dat je over drie maanden al
moet weten hoe het er voor staat, en dat je over zes maanden weer
op de hoogte gesteld moet worden over de gang van zaken.
De heer BOSHART
Na alles wat er gezegd is over de beleidsnota van de bibliotheek,
kan ik vrij kort zijn. In de eerste plaats zou ik mijn waardering
uit willen spreken voor de procedure die gevolgd is bij deze be
leidsnota. Ik wou dat elke nota, waar wij ons over moeten buigen,
deze procedure gevolgd werd. Ik vind het zorgvuldig, en naar de
raad toe uitermate informatief. Dat geeft ons de gelegenheid om
in alle rust en afgewogenheid tot een oordeel te komen over deze
beleidsnota. Alleen al het feit dat deze beleidsnota er ligt,
geeft aan, dat er in het verleden een aantal zaken voorgevallen
is, waarvoor dringend verbetering nodig was. Je kunt deze nota
een beetje lezen als een poging tot herverdeling van de armoede.
Dat is op zichzelf natuurlijk een kwalijke concludering, want je
gaat er vanuit, dat de bibliotheek een basisvoorziening is. Er
wordt wel een extra krediet gevraagd voor uitbreiding van het aan
tal filialen, maar in feite is de hele operatie in grote mate bud
gettair neutraal geschied. Een aantal punten zou ik toch nog wel
onder Uw aandacht willen brengen. In de eerste plaats is al opge
merkt, dat de spreiding van de filialen gehandhaafd is. Toch zou
292