29 JUNI 1989
29^
van nieuwbouw. Dit is een belangrijk gegeven. Ik zou van het col
lege willen weten of dit klopt. Is de opdracht aan het bouwbu
reau, om te kijken naar een gezamenlijke huisvesting in de panden
van de Nieuwstraat, niet in strijd met datgeen wat hiervoor ge
steld is? In de beleidsftota wordt nergens gesteld, dat er een ge
zamenlijke huisvesting zal moeten komen. Dat is iets waaraan het
college zijn voorkeur verklaart. Ik wil daar graag duidelijkheid
over hebben. Over de openingstijden nog het volgende. We halen 60
tot 80? van de norm die daarvoor gesteld is. Ik wil het college
vragen wat zij als absolute ondergrens ziet. De openingstijden
van de centrale bibliotheek zijn voor zo'n duur pand volstrekt
minimaal. Ook voor het boekenbezit, dat niet optimaal is, is uit
breiding gewenst.
Wethouder ADANK
Om met de laatste opmerking van de heer Garritsen te beginnen. In
de verschillende bijeenkomsten die wij hebben gehad met de be
stuurscommissie, is er ruime gelegenheid geweest om vragen te
stellen en opmerkingen te maken over de beleidsvoorbereidingen
ten behoeve van de beleidsnota. Opmerkingen die nu in deze zin
worden gemaakt, zijn tóén niet gemaakt. Als U zegt dat de raad nu
ook over nieuwbouw van de bibliotheek beslist, dan interpreteert
U het verhaal in zijn context. Want op bladzijde 11 staat: "nieuw
bouw voor de centrale bibliotheek is zeer gewenst". Dat Is iets
anders dan op dit moment een keiharde optie uitspreken voor nieuw
bouw. Ik houd me aan de interpretatie zoals die gesteld is op
bladzijde 11, en zeker ook binnen de mogelijkheid ligt. Wij heb
ben daarover met de commissie cultuur en de bestuurscommissie ge
sproken. Anderzijds zit ik hier in een wat andere positie dan de
gene die het beleid van de bestuurscommissie zou moeten verwoor
den, want die verantwoordelijkheid ligt bij de bestuurscommissie.
U weet dat een groot aantal zaken is voorbehouden en gedelegeerd
vanuit het college aan de bestuurscommissie, met uitzondering van
het budgetrecht en de personeelsfuncties op managementniveau. De
vergaderingen van de bestuurscommissie zijn overigens openbaar.
Twee leden van deze raad zitten in die bestuurscommissie. Dus wat
dat betreft ben ik niet de eerstaangewezenedie voortdurend de
weg moet wijzen aangaande de terugkoppeling van bestuurscommissie
naar commissie cultuur of raad. Er zijn andere mogelijkheden. Ik
ben wel bereid, en ik heb dat al in een eerder moment toegezegd,
om in de reguliere vergaderingen van de commissie cultuur voortdu
rend over de ontwikkelingen van de bibliotheek met betrekking tot
huisvesting, personeel of organisatie, op de hoogte te brengen.
Er is ook een aantal positieve opmerkingen gemaakt over de be
leidsnota en het werk dat door de bestuurscommissie en het onder
steunende bureau verricht is. Ook de begeleidingsgroep, die van
uit de dienst welzijn ondersteund heeft, heeft aan deze beleidsno
ta bijgedragen. Een hechte, duidelijke organisatie hangt voor een
groot deel samen met het organiserend vermogen van de bibliotheek
zelf. Uiteindelijk moet dddr het werk gebeuren. In die zin is er
al een aantal oplossingen aangedragen; de heer Koekkoek spreekt
over de uitvoeringsfase, die nu onder verantwoordelijkheid van me
vrouw Drost verder gestalte krijgt. Afspraken worden gemaakt over
het opstellen van een formatieplan, over heroriëntatie op de col
lectie en over de budgetverdeling binnen de organisatie. Het bu-