29 JUNI 1989
296
In dit seizoen misschien niet, maar over een aantal maanden kun
nen we daarover wellicht anders denken. Over de Nieuwstraat-optie
heb ik op dit moment geen mededeling.
De heer DE BRUIJN
Eén opmerking van de wethouder, nodigt toch uit om een nieuwe
vraag te stellen. Hij zegt: "als er ontwikkelingen zijn voor wat
betreft de nieuwbouw, dan komen wij zo snel mogelijk bij U te
rug". Dat heeft hij al eerder gezegd. Dat is ook een logische
zaak. Wat de locatie betreft heeft hij gezegd: "we moeten dit in
het college bespreken en het krijgt de aandacht van het
college". Op het moment dat er ontwikkelingen zijn, dan zijn we
te laat als er niets ligt. Het gaat er om, op het moment dat er
een ontwikkeling is, je een plan de campagne hebt en weet wat je
op dat moment kunt gaan doen. Vandaar onze vraag in eerste ter
mijn: zorg dat je aan planvoorbereiding hebt gedaan en dat, als
er iets gebeurt, je onmiddellijk actie kunt ondernemen. Wacht
niet het moment af dat er iets gaat gebeuren en de planontwikke
ling nog moet starten, want dan kom je in een dusdanige tijdsspan-
ning terecht, dat je nauwelijks de tijd hebt om iets goeds te rea
liseren. Wat de fonotheek betreft: misschien wordt het kostendek
kend, nog leuker is als het winstgevend wordt. Maar als het ver
liesgevend zou zijn, dan zou het voor ons nog een welkome aanvul
ling zijn op het takenpakket van de bibliotheek en zouden wij er
nog steeds vóór zijn.
Mevrouw BOIDIN-VAN HOEVE
De heer Boshart heeft ten aanzien van de fonotheek een opmerking
gemaakt in onze richting. Het zal U duidelijk zijn, dat wij ons
standpunt hierin hebben gewijzigd. Ik heb ook proberen aan te ge
ven waarom. Het C.D.A. is geen partij die zegt: dit hebben we in
genomen en dat houden we stug en star vol. Nee, door de vele in
formatie en de uitvoerige discussie die wij hebben gehad, hebben
wij hierin zicht gekregen. Het is heel duidelijk voor ons: én,
én. Het is een cultuurspreiding. Het is een opkomend medium en
het is inderdaad ook een meeropbrengst. Nu kan de heer Boshart
daar misschien vies van zijn, maar wij niet. Het is mooi meegeno
men
De heer BOSHART
Het is mij bekend, dat het C.D.A. altijd over een lenige rugge-
graat heeft beschikt. Ik zou U willen vragen: als de fonotheek
verlies zou opleveren, zou het C.D.A. er dan nog vóór zijn?
Mevrouw BOIDIN-VAN HOEVE
Ik heb om een evaluatie gevraagd. En als je om een evaluatie
vraagt, dan heb je daar soms wat mee voor.
De heer BOSHART
Over een lenige ruggegraat gesproken.
De heer GARRITSEN
Op pagina 12, wordt gesproken over het streven naar nieuwbouw.
Het college stippelt daarmee een lijn uit. Er wordt al jaren ge
praat over afstoting van het pand Karrestraat. Het staat in de in-