31 AUGUSTUS 1989
333F
Ik denk dat je de discussie over criteria in het fractie-voorzit-
tersoverleg wel weer kunt openen, maar iedere keer kom je met de
vraag: "wel of niet?" Met die situaties blijf je zitten als je
dit soort instituten in stand houdt. Je zou er eigenlijk mee moe
ten stoppen, zoals ik al eerder heb gezegd. Je zou prijzen bij
bepaalde activiteiten moeten instellen, en andere commissies met
voordrachten moeten laten komen, die je dan eventueel kunt be
krachtigen. Deze wijze blijft in de toekomst problemen geven. We
hebben ex-wethouders en mensen van bepaalde politieke maatschap
pelijke richtingen gehad als ereburger. Je blijft met de afwe
ging zitten. Voor de ene fractie is het wel acceptabel en voor
de andere niet.
De heer BOSHART
Het praten over het feit dat de heer Leeflang wel of niet erebur
ger van Breda mag worden, vind ik een beetje minderwaardig. Als
ik in de positie van de heer Leeflang zou staan zou ik al lang
hebben gezegd dat ik op die benoeming geen prijs meer zou stel
len, gezien deze discussie in de raad, waar volgens mij ook nog
formele argumenten verzwegen worden. Eigenlijk is deze hele dis
cussie een pleidooi om het ereburgerschap te beëindigen en voor
een wat makkelijkere manier te kiezen om mensen naar vermogen te
belonen
De VOORZITTER
De heer Garritsen zegt dat de discussie toch altijd zal blijven,
en de heer Boshart vraagt of het niet beter is om het hele insti
tuut af te schaffen. De heer Garritsen geeft nog een alternatief
door het in de vorm van een prijs te doen en anderen met een
voordracht te laten komen. Maar wij hebben ook daarmee niet de
beste ervaringen. Wat dat betreft lijkt het mij toch het beste
om te proberen met de fractievoorzitters daarover nog eens te
praten en mogelijk tot een betere omschrijving te komen. Zoals
de heer Garritsen ook zegt komt het raadsvoorstel dan toch in de
raad, en de raad beslist met zijn voor- en tegenstanders.
De heer GARRITSEN
De achtergrond van mijn opmerking is meer: deze, dat als je be
paalde prijzen instelt voor diverse terreinen dan kun je de cri
teria veel duidelijker toespitsen, dan bij een in algemene zin
ereburgerschap. Dat moet zo breed zijn dat dat problemen bij mij
geeft
De VOORZITTER
Het blijft vaak een subjectief oordeel. Daarom proberen we dat
een beetje te objectiveren door er wat regels voor te maken. De
ze regels spreken -echter weer van "belangrijk", "belangrijke
steun" e.d. Dat is ook niet concreet. Ik zou willen voorstellen
om hierover met de fractievoorzitters te praten. De heer Koek
koek heeft mij verkeerd begrepen. Wanneer hij constateert dat ik
als voorzitter van deze raad de indruk gewekt zou hebben dat,
als de P.v.d.A. niet meedoet, dat jammer zou zijn, dan is dat
niet de bedoeling. Het college zou niets liever zien dan dat
voorstellen een brede steun krijgen en zeker dit soort voorstel-