27 FEBRUARI 1989
37
en accenten in de begroting 1990. Daartoe moeten keuzes én afwe
gingen worden gemaakt. Door de wijze van presenteren van deze Ka
dernota is het maken van afwegingen en het leggen van accenten
niet goed mogelijk. Dit wordt nog versterkt door de onbekendheid
met de ingediende claims. Het geheel overziende wil mijn fractie
in de commissie financiën en planning een kritische evaluatie
van de Kadernota als sturingsinstrument. Deze Kadernota 1990 wil
de nieuwe raad niet binden op structurele uitgaven, maar geeft
wel een fors voorschot op die uitgaven door veel eenmalig geld
toe te kennen. Het is maar de vraag wat er na een jaar gebeurt
met net gestarte activiteiten. De Kadernota 1990 laat een aantal
positieve ontwikkelingen zien: een grotere rijksbijdrage, het
wegwerken van risico's een goede reservepositie en uitzicht op
een positief saldo bij de begrotingen van 1990 en 1991» Voor
waar, een goede zaak, waarmee de P.v.d.A.-fractie zeer zeker te
vreden is. Maar, het voorzichtig binnenvaren van een klein
scheepje met geld doet velen al verlekkerd rondkijken naar aller
lei nieuwe initiatieven en nieuwe plannen waar dat extra geld
naar toe kan gaan. Deze "blik vooruit" kan echter het zicht op
wat nu nodig is ten behoeve van de kwaliteit van de stad ern
stig belemmeren. Gedwongen door toenemende rijksbezuinigingen
heeft Breda een HUG I en HUG II doorgevoerd en enige jaren gele
den de grote bezuinigingen bij de Kadernota 1988Nog onlangs
bij de begroting 1989 lagen er nog bezuinigingen in de welzijns
sector. Met pijn in het hart heeft de raad ingestemd met die be
zuinigingen. Een aantal bezuinigingen heeft een bijdrage gele
verd aan vernieuwend beleid binnen diverse sectoren, waardoor
niet alle bezuinigingen slecht zijn geweest. Echter, steeds va
ker wordt duidelijk dat er onvoldoende Inzicht bestaat dan wel
bestond in de effecten van de bezuinigingen. Ik noem: verminde
ring welzijnswerk in de B-buurten, vermindering van de verlich
ting, het terugbrengen van de onderhoudsbudgetten, bezuiniging
op maatschappelijk werk. Zaken die met elkaar sterk bepalend
zijn voor de kwaliteit van het leven en wonen in de stad. De
P.v.d.A.-fractie is van mening dat onderzoek, analyse en priori
teitsstelling kan leiden tot gedeeltelijk terugdraaien van bezui
nigingen. Het verlichtingsplan is daarvan een voorbeeld. De
PvdA-fractie vindt dat evenzeer gekeken moet worden naar ne
gatieve effecten van de rijksbezuinigingen op de kinderopvang,
het minderhedenbeleid en het ouderenbeleid. Daarnaast is aan
dacht voor het beheer en onderhoud van de infrastructuur blij
vend noodzakelijk. Gezien het bovenstaande moet eventueel nog ex
tra beschikbaar geld bij de opstelling van de begroting 1990 al
lereerst gaan naar herstel van bezuinigingseffecten. Voorts zijn
er binnen het programakkoord nog zaken die nog niet zijn aange
pakt, b.v. buitenschoolse kinderopvang. De sector financiën
heeft de inhaaloperatie voor de jaarrekening succesvol afgeslo
ten. Is het nu mogelijk de jaarrekening voortaan op tijd te pro
duceren? Voorts nog een enkele opmerking over de methodiek van
de meerjarenplanning. Mijn fractie bepleit meer inzicht in de sa
menstelling van het budget: verwerking bezuinigingsbesluiten
etc. én een inzichtelijke aansluiting tussen Kadernota, begro
ting en jaarrekening. Kunnen wij zo'n benadering tegemoet zien?
Over het knooppunt het volgende. De aanwijzing van Breda tot ste
delijk knooppunt is de terechte erkenning van de aanwezige en
