395
driestromen-land geworden. Van de grote steden in deze provincie
(ik doel hierbij op de steden met meer dan 100.000 inwoners),
heeft Tilburg een C.D.A.-burgemeester, Eindhoven een P.v.d.A.-
burgemeester en Breda een V.V.D.-burgemeester. Vorig Jaar zijn
in Tilburg en Eindhoven nieuwe burgemeesters benoemd van dezelf
de politieke kleur als hun voorganger. Het ligt daarom naar onze
mening voor de hand dat zulks ook in Breda het geval zal zijn.
Mocht Breda nu van politieke kleur verschieten, dan betekent dit
een terugkeer naar de situatie van vóór de benoeming van burge
meester FeiJ in Breda. Toen was de V.V.D. qua burgemeesterspos
ten, zowel op provinciaal als op regionaal niveau, ernstig onder
bedeeld. De benoeming van een burgemeester van een andere poli
tieke richting, betekent dat de V.V.D. wederom in de positie
komt te verkeren, dat ze niet vertegenwoordigd is onder de burge
meesters van de grote steden van Noord-Brabant. Zelfs geen enke
le van de 21 tot het Stadsgewest Breda behorende gemeenten, zal
dan een V.V.D.-burgemeester hebben. Daarom pleiten wij voor be
noeming van een lid van de V.V.D. tot burgemeester van Breda. Ge
zien onze argumenten hebben wij goede hoop dat de thans vrijko
mende burgemeesterspost weer aan de V.V.D. zal toevallen.
De heer DE BRUIJN
Voorzitter, Commissaris van de Koningin:
wij willen slechts enkele punten uit de profielschets, zoals de
ze thans voor ons ligt, benadrukken. D'66 zou gezellig mee kun
nen doen met de rituele dans rond het opeisen van de burgemees
terszetel in Breda. Wij vinden dat echter niet noodzakelijk. Ons
uitgangspunt is dat het een kwalitatief goed persoon moet zijn
op basis van de huidige profielschets. Indien wij zouden kijken
naar de afspiegelingen van verschillende politieke gremia, zou
den ook wij wel wat claims kunnen laten gelden, aanvullend op
het rijtje dat de heer Sinke heeft genoemd. Het gaat ons echter
om de kwaliteit van de persoon. Daar zal voor ons het belangrijk
ste ijkpunt zitten. Wat wel zwaar weegt is de rol die de vertrou
wenscommissie krijgt toebedeeld. Wij willen dat deze er een zal
zijn van essentieel belang.
De heer GARRITSEN
Voorzitter, in de richting van de commissaris zou ik een paar op
merkingen vanuit de P.S.P. willen maken. In de eerste plaats wil
ik een tweetal punten uit de zojuist verwoorde gezamenlijke pro
fielschets nader belichten. Zoals wij reeds eerder publiekelijk
hebben geuit, hebben wij een sterke voorkeur voor een vrouw. De
P.S.P. kiest voor de formulering dat bij voldoende geschiktheid
een vrouwelijke burgemeester moet worden gekozen. Er zitten wel
iswaar enkele nuanceringen in het verhaal, maar waar het in fei
te om draait is het volgende: als Breda voor het ambtelijk be
leid diezelfde formulering hanteert (bij gelijke geschiktheid
van de kandidaten gaat de voorkeur uit naar een vrouw), dient
men voor een functie die niet aan de gemeenteraad is voorbehou
den, maar aan het kabinet, de lijn die men lokaal trekt ook door
te trekken. Daarom doe ik een dringend beroep op U om die zaak
over te nemen. Een tweede punt is de procedure rondom de benoe
ming van een burgemeester. Wij achten die uit de tijd. Het zou
niet meer op de huidige wijze mogen plaatsvinden. Een burgemees-