27 NOVEMBER 1989
4 12
lopen maandagavond formeel gezegd. Zó is er bij de vorige bouw
plannen door de gemeente niet gesproken tegen de bewoners. Er
zijn toezeggingen gedaan en er zijn andere verwachtingen bij de
bewoners gewekt. Nü dienen deze waargemaakt te worden. Wij stel
len vast dat de bewoners op waardige wijze en met goed onderbouw
de argumenten hebben kenbaar gemaakt, hoe de voorgenomen bebou
wing diep ingrijpt in het daar intens beleefde woon- en wijkge-
beuren. De bewoners zijn van oordeel dat van een goed overleg
geen sprake is. Zij begrijpen niet waarom het zó moet gebeuren.
Onredelijk zijn zij ons inziens niet, maar ze willen wel gekend
en erkend worden. Het is toch iedereen duidelijk dat een stede
lijk welzijn mede een optelsom is van het welzijn in wijken en
buurten. Een beoordeling van veranderingen moet toch in zich heb
ben het specifiek omgaan met de signalen uit de wijk en de
buurt? Het bestuurlijk zorgvuldig omgaan met vastgelegde en te
wijzigen bestemmingsplannen is van enorme betekenis. Een artikel
19-procedure mag daarvoor niet het geëigende middel zijn. Tot
slot nogmaals mijn vragen: ten eerste: heeft er in deze materie
een integrale afweging plaatsgevonden die tot dit voorstel heeft
geleid? Waarom via een artikel 19-procedure? Wat is hiervan de
urgentie? Ten tweede: zijn er toezeggingen gedaan die ertoe lei
den dat de geplande woningen alleen daar kunnen komen? Is er een
intensief overleg gaande met de bewoners om tot aanvaardbare op
lossingen te komen voor wat betreft het spelen en wonen daar?
Zijn er alternatieven te vinden inzake de belevingswaarde en die
bebouwing? Met andere woorden: moet toch de bebouwing persé daar
plaatsvinden? Ik wacht met belangstelling Uw antwoorden af.
De heer DE BRUIJN
Ik zal proberen de besprekingen in de commissievergadering niet
over te doen. In de commissievergadering is duidelijk aangegeven
dat er een belangenafweging is geweest tussen aan de ene kant
het behoud van een speelplek en aan de andere kant het belang
van ouderenhuisvesting. Naar mijn mening is dat een moeilijke
afweging tussen twee belangrijke zaken. Daarnaast hebben we al
eerder aangegeven en besproken hoe de groenstructuur van de wijk
Boeimeer eruit moet zien. Deze mag in ieder geval niet verder
worden aangetast. Het betreft hier een terrein waar reeds een be
bouwingsmogelijkheid lag. Van een echte verdichting is hier dus
geen sprake: het gaat gewoon om een bestemmingsverandering. Als
we de beide belangen tegen elkaar afwegen, dan moeten we een keu
ze maken. Nu daarnaast door de wethouder in de commissievergade
ring is toegezegd te zullen bekijken, wat de mogelijkheden zijn
van een nadere herinrichting van het groengebied en het speelter
rein aan de Jacob Catssingel, zijn wij daarmede voldoende tevre
den gesteld en kunnen wij akkoord gaan met het voorbereidingsbe-
sluit
Mevrouw VAN BERGEN-NIJEHOLT
Evenals bij het voorbereidingsbesluit over de Topaasstraat/Koraal
straat is hier kritiek op zijn plaats over de procedure. Ik vind
dat we het als gemeentebestuur niet kunnen maken omwonenden vijf
dagen vóór de informatie-avond de aankondiging daarvan te geven.
Zo roepen wij problemen op, zowel naar omwonenden als naar de
Vereniging van Seniorenhuisvesting. Deze was al jaren bezig met