28 NOVEMBER 1989 423 den tot het tweede ruitje ingooien, in Enschede leidt tot het winnen van de Heinroethofprijs, en dat Breda nog steeds niets heeft gedaan op dat punt. In relatie tot de aanpak van het buurt beheer, wil mijn fractie U vragen stappen te ondernemen, om in ieder geval in die twee buurten te starten met de aanpak van het zogenaamde erosievandalisme. Mijn fractie dient daartoe een mo tie in, die mede wordt ondersteund door de V.V.D. en D'66. De stadsvernieuwing. Mijn fractie hecht eraan om hier nogmaals pu bliekelijk aan te geven dat wij stadsvernieuwing als zodanig een heel belangrijk instrument vinden. De manier waarop het plan van aanpak van Tuinzigt tot stand gekomen is, waarderen wij ten zeerste. Zowel vanuit de bewoners, als vanuit ons zelf willen wij dat naar voren brengen. Het plan van aanpak om stadsvernieu wing aan te pakken, richt zich in eerste instantie vooral op de concrete materiële zaken waar de mensen last van hebben. Wij vra gen U om tegelijkertijd te werken aan de beheersaspecten van stadsvernieuwing voor de fase die daarna aan de orde moet komen. Kunt U aangeven of U dat kunt en wilt realiseren? We hebben de structuurnota in de raad gehad. We wachten nu op een aantal uit werkingen. Ik wil er toch naar twee vragen: de binnenstad en het gebied Heilaar. De veiling komt met talrijke initiatieven over hoe men daar wil opereren. Ik denk dat het zaak is dat de raad geïnformeerd wordt over de ontwikkelingen zoals wij die willen. Dan kom ik op het begrip stedelijke vernieuwing. Terecht wordt de stad in de Jaren tachtig geherwaardeerd. De stad is een ge bied waar, naast sociaal economische, ook sociaal culturele as pecten een belangrijke rol spelen. Ik denk dat in deze zin, pra tend over sociale stedelijke vernieuwing, het "paraplu-begrip" van de nieuwe regering ons zeerwel aanspreekt. Bij de kadernota is ons toegezegd dat er een masterplan zou verschijnen, mede met het oog op onze stedelijke knooppuntstatusKunt aangeven wan neer dat masterplan verschijnt? Naast stedelijke vernieuwing is het vooral belangrijk aandacht te geven aan de sociale aspecten van de stad. Het afgelopen Jaar heb ik vanaf deze plaats Uw aan dacht gevraagd voor het minimabeleid, kinderopvang en ouderenbe leid. Dat waren in ieder geval drie kernpunten die ik bij herha ling naar voren heb gebracht. Ten aanzien van het minimabeleid bekruipt ons het gevoel dat de bekendheid van de maatregelen niet zo groot is als wij zouden willen. De tegenvallende vragen vanuit het sportfonds hebben ons verbaasd, zeker als Je weet dat in Tilburg zo'n sportfonds wel goed loopt. Kunt U redenen aange ven waarom dat fonds niet loopt en kunt U ook aangeven welke an dere activiteiten wellicht op de rol staan? Je zou kunnen denken aan het drempelbedrag van de A.B.V. Ten aanzien van het minimabe leid willen we nog nadrukkelijk meegeven dat de P.v.d.A. vindt dat de gelden die wij daarvoor uittrekken inderdaad terecht ko men bij de mensen die het ook het hardst nodig hebben. Over de kinderopvang het volgende. In deze periode waren we heel wat van plan, maar door de bezuinigingen van de rijksoverheid waren we genoodzaakt om het geld voor het nieuw beleid erin te steken op dat we niet door de vloer zouden zakken. Nu er meer geld komt van het rijk en nu U bezig bent met Uw tweede nota, een aantal vragen. Is het niet zinvol te overwegen om de wijk Haagse Beem den een speciale positie in Uw plannen te laten innemen? Deze zeer kinderrijke wijk zal wellicht een grote vraag naar kinderop-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 423