28 NOVEMBER 1989
459
name aan dat sportfonds te verwachten hadden, hetgeen wij wilden
meemeten. Vandaar dat wij wat later zijn met de evaluatie van
het sportfonds. De opmerking van het C.D.A., dat er op dit mo
ment geen beslissing wordt genomen over de inhoudelijke inzet
van de f 300.000,is correct. De heer Koekkoek pleitte voor
maatregelen met betrekking tot de bijzondere bijstand. Ik kan
hierop geen voorschot nemen, omdat de discussie daarover nog ge
voerd moet worden. In het kader van deze opmerking kan ik meteen
overstappen naar een vraag van de V.V.D. die een nadere afstem
ming vroeg op het vernieuwde rijksbeleid ten aanzien van de mini
ma. In de regeringsverklaring worden opmerkingen gemaakt met be
trekking tot de deregulering van de bijzondere bijstand. Een
voorstel daarvoor zal aan de Kamer worden aangereikt in de eer
ste helft van 1990. Bij die deregulering komen dan vanzelfspre
kend raakvlakken en overlappingen aan de orde met het gemeente
lijk minimabeleid.' Ik stel mij voor dat wij in de tweede helft
van 1990 deze aspecten in een notitie aan aanreiken. Het vol
gende over opmerkingen met betrekking tot de kinderopvang. De
P.v.d.A. wijst op de speciale positie die de Haagse Beemden in
neemt met betrekking tot de kinderopvang. Dat is Juist. Van het
aantal kinderen woont 1/3 de komende Jaren in de Haagse Beemden.
U zult ook in onze nota, die op dit moment in de inspraak is,
zien, dat de extra Oortgelden voornamelijk, en met name in de in
vesteringsfeer, ingezet zullen worden in de Haagse Beemden. Wij
stellen voor 2 nieuwe kinderdagverblijven en extra groepen in de
Haagse Beemden te realiseren. Dit zijn echter voorstellen waaro
ver de discussie nog gevoerd zal moeten worden. Het pleidooi dat
de heer Koekkoek heeft gehouden om de geoormerkte gelden voor
kinderopvang als zodanig te besteden, wordt door dit college una
niem onderschreven. Het C.D.A. zei dat de primaire taak van kin
deropvang bij ouders, bedrijven en dergelijke zou liggen. Ik heb
toch een enkele aanmerking op die nevenschikking van ouders en
bedrijven. Ik denk dat de taak van ouders toch van een andere or
de is dan die van bedrijven. Misschien dat de heer Sinke het van
wege de snelheid nevenschikkend behandeld heeft.
De-heer SINKE
Ik heb inderdaad geen bijbedoeldingen gehad met die volgorde.
Wethouder VAN RAAK
Dat de overheid voorwaardenscheppend zou moeten zijn, Is ak
koord. De discussie is of je met betrekking tot het voorwaarden
scheppen een terughoudend of actief beleid kunt voeren. Ik con
stateer alleen, dat onze activiteiten er op dit moment op ge
richt zijn om zo veel mogelijk maatschappelijke partijen voor
kinderopvang te interesseren. Dat correspondeert op zichzelf met
de opvatting aangaande de rol van de overheid in deze. De V.V.D.
heeft opgemerkt dat de Nota kinderopvang gelijktijdig behandeld
zou moeten worden met of vergezeld dient te worden van een veror
dening op de kinderdagverblijven. Ik had graag de zaak gezamen
lijk gepresenteerd. Het wachten was op een V.N.G.-model, dat ons
al lang aangereikt had moeten worden, maar ook op dit moment nog
niet klaar is. Uitstel van behandeling acht ik echter niet ge
wenst. Naarmate Je de zaak voor Je uitschuift, des te langer
duurt het voordat de Bredase bevolking van de maatregelen en