27 FEBRUARI 1989 r- structureel facetbeleid te verlenen. De aanzet voor een dergelij- sn ke aanpak Is al te vinden ln de concept-nota preventief bodembe- s- schermingsbeleidBent U bereid om het door mij bepleite integra- ig le karakter al tot uitdrukking te laten komen bij de inventarisa- n- tie van de toegezegde nota milieubeleid? Over stadsverwarming 1- het volgende. Op verzoek van de commissie milieu heeft de voor at zitter van die commissie de zorg over de ontwikkeling rond de u- stadsverwarming ter kennis van de V.N.G. gebracht. Het C.D.A. is de echter van mening dat het belang van alternatieve energie-aanwen- r- ding, in het bijzonder het gebruik van restwarmte in het kader 1- van stadsverwarmingsprojecten, nadrukkelijk onder de aandacht an van de rijksoverheid moet worden gebracht. Naar onze mening ng dient de zorg ter voorkoming van emissie en daarmee gepaard gaan- e- de luchtvervuiling, maar ook het gebruik van eindige, fossiele ch brandstoffen zodanig zwaar te wegen, dat niet uitsluitend op fi- r- nancieel-economische gronden een afweging zou dienen plaats te id vinden over het gebruik van deze alternatieve energievorm. Het e- C.D.A. dient hierbij dan ook een motie in om namens de raad bij zo regering en parlement aan te dringen op aandacht voor deze mi- e- lieu-aspecten t- en MOTIE n- e- De raad van de gemeente Breda, in vergadering bijeen op 2 maart in 1989j behandelend de Kadernota 1990; 0- Ik gelet op artikel 31 van het reglement van orde; en kennis genomen hebbend van de ontwikkelingen op het gebied van e- stadsverwarming, inhoudende dat op financieel-economische gron- n- den geen continuering van stadsverwarmingsprojecten kan plaats- r- vinden; r- da overwegende, dat: da jk - stadsverwarmingsprojecten, mede op grond van milieuoverwegin- it gen, in de zeventiger jaren sterk gepropageerd zijn door de is rijksoverheid; 0- - stadsverwarming een bijdrage betekent aan het voorkomen van 1- emissie en dientengevolge van verzuring; i- - het gebruik van stadsverwarming besparing betekent van eindi- 0- ge, fossiele brandstoffen; e- - bij een financieel-economische afweging geen nominale waarde en aan het milieubelang wordt toegekend; ie r- spreekt als haar mening uit, dat: e- de - het gebruik van stadsverwarming niet uitsluitend afhankelijk e- mag zijn van financieel-economische marktfactoren, doch dat k- het milieubelang een aanvullende financiering rechtvaardigt; 1- - gezien het boven-lokale belang een bijdrage op rijksniveau et noodzakelijk is; ke r- en o m

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 46