30 NOVEMBER 1989 485
De 3 maanden is dus niet een zaak die U als zodanig overneemt?
De VOORZITTER
Nee, ik denk dat we al op 14 december kunnen rapporteren. Zij
het dat hier letterlijk staat
De heer GARRITSEN
Dat is toch wel iets anders dan wat in -december komt, zoals ik
uit de tweede termijn van de heer Koekkoek heb begrepen.
De heer KOEKKOEK
De burgemeester vroeg hoe ik erover dacht en ik heb daarop mijn
antwoord gegeven. We krijgen op 14 december concreet te horen en
te zien hoe deze motie uitgevoerd gaat worden. Ik vind dat prima.
De VOORZITTER
De heren Taks en De Bruijn waren ook indiener van deze motie.
Als U allen de motie zo wilt uitleggen, dan handhaven wij als
college ook onze steun bij de motie.
De heer TAKS
Zo hadden wij onze mede-ondertekening ook bedoeld.
De VOORZITTER
Dank U zeer.
De heer SANDBERG
De heer Koekkoek heeft nog over contract-compliance geproken. Er
is een aantal landelijke notities. Deze notities zullen we opvra
gen. Maar wij zullen in een korte notitie van eigen hand aange
ven, hoe wij in relatie tot andere instrumentaria eventueel in
Breda daarmee kunnen omgaan. Wat betreft de B.S.W. het volgende.
Ik heb in eerste termijn gezegd, dat ik er wat moeilijk zicht op
heb. Daarmee wil ik eigenlijk aangeven, dat de eerste verantwoor
delijkheid bij de bestuurscommissie ligt. Ik heb periodiek over
leg met de bestuurscommissie. Ik wordt daar geïnformeerd en van
uit die kennis kan ik terugrapporteren richting commissie en
raad. Gisteren heeft zo'n bijeenkomst plaatsgevonden en ik ben
dus gisteren door de bestuurscommissie geïnformeerd. Voor deze
commissie is de besluitvorming met betrekking tot het plan van
aanpak rond. Ik heb de bestuurscommissie gezegd dat het dan nu
tijd wordt dat zij haar voorstellen, inclusief de voorstellen
met betrekking tot de financiële gevolgen die daaruit voortvloei
en, aan het college voorlegt. Tegelijkertijd heb ik met de com
missie afgesproken, dat zij nu een notitie voorbereidt om de com
missie economische zaken in de vergadering van 10 januari te in
formeren over de wijze van aanpak. De heer Sinke heeft gevraagd
naar de 40+In dat verband heb ik het Jeugdwerkgarantieplan ui
teraard niet bedoeld. Dat was een antwoord op een vraag van de
heer Taks, die expliciet naar het Jeugdwerkgarantieplan heeft ge
vraagd. Ik heb gesproken over de overkoepelende stichting van de
leerwerkplaatsen, de arbeidspool en de H.O.G.-aanpak. Als men
vraagt hoe men het probleem van de 40+ te lijf gaat, dan is daar
voor de heroriënterings-aanpak, of de H.O.G.-aanpak, bij uitstek
het instrumentarium. Ik heb afgesproken dat met name daar geke-