21 DECEMBER 1989 513 De heer KOEKKOEK Nu kom ik op het tweede punt. Het standpunt van mijn frac tie verschilt daarin van de Uwe. Wij vinden dat de politie zorg duidelijk wordt betaald uit de doeluitkering van de rijksoverheid De heer TAKS En als die tekort schiet om goed te kunnen werken met wijk teams, wat dan mijnheer Koekkoek? De heer KOEKKOEK Ik wacht eerst het rapport af van medio februari-maart waarin de koers concreter wordt uitgezet dan die nu is, en tegelijkertijd verwacht ik dat we de bijgestelde politiebe groting krijgen waarin een aantal wegen en oplossingen wor den aangegeven van hoe te handelen met de omvangrijke poli- tiereserves. Ik sluit me aan bij Uw woorden uit de eerste termijn, dat we met spanning die rapporten afwachten. Dat lijkt me beter dan nu alleen schoten voor de boeg te geven. De heer GARRITSEN Over het financieel haalbare van de wijkteams het volgende. U zegt dat, als we praten over toekomstige nieuwbouw, het in feite bij Binnenlandse Zaken vandaan moet komen. Ik denk dat je dat heel duidelijk op tafel moet brengen. Op het mo ment dat die zaken niet haalbaar zijn, gezien de uitgangs punten van de meerderheid van de raad: geen gemeentelijke bijdrage bij de politie, dient die zaak heel snel terugge koppeld te worden. Het tweede punt betreft de speerpunten. Het rapport van Andersson onderbouwt met statistieken de problematiek in Breda op een wat globale en hier en daar wat grove manier. Zij concludeert niet of op geen enkele ma nier dat de georganiseerde criminaliteit geen speerpunt kan zijn. U heeft daarbij ook geen enkele opmerking gemaakt dat die zaak verder onderbouwd zou dienen te worden. In fei te zullen alle punten nog verder onderbouwd moeten worden. De wijze waarop U tegen het politiebeleid als zodanig aan keek was toch sterk de tweedeling van surveillance en de an der poot: de criminaliteitbestrijding. Iedere keer kwam de discussie boven tafel over de verschillende bevoegdheden die de onderscheiden partijen daarin hebben. Ik ben geluk kig dat die discussie van tafel is en dat men zegt dat er toch een overeenkomst is tussen die zaken. Via een gezamen lijke aanpak hoop ik dat in het driehoeksoverleg die zaak op een fatsoenlijke manier verder afgehandeld wordt. Mevrouw DEN OUDEN-JANSEN Wij wachten eerst de uitwerking van de plannen af die wij misschien in februari/maart zullen krijgen. De VOORZITTER De heer Taks heeft volstrekt gelijk dat hij geen enkele boodschap heeft aan hetgeen een bestuurder heeft gezegd op aangeven van zijn medewerkers. Wat hij gezegd heeft daar is hij verantwoordelijk voor. Ik bestrijd dat ook niet, ander-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 513