21 DECEMBER 1989 535 Het voorstel van burgemeester en wethouders tot afgeven van 5 subsidiebeschikkingen in het kader van het experiment bud get-subsidiëring is in de commissie met name in algemene zin besproken. Vastgesteld moet worden dat zowel van de zij de van het particulier initiatief als van ambtelijke zijde hard gewerkt is om te komen tot de produktbeschrijvingen die nu voor ons liggen. Het verschil in presentatie is vrij groot. De produktbeschrijvingen van bijvoorbeeld Stichting Valkenhorst zijn overzichtelijk en duidelijk, maar ook het vertrekpunt om te komen tot dergelijke presentaties is met betrekking tot dit beleidsterrein eenvoudiger dan bij de overige instellingen. Naar de toekomst toe moet ons inziens gestreefd worden naar een grotere uniformiteit in de be schrijving van doelstellingen en van de prestaties en kos ten. Een ander aandachtspunt voor ons is om na afloop van de experimentele fase, duidelijk te krijgen waar en op wel ke momenten, even los gezien van het moment van het afgeven van de subsidiebeschikking en het moment dat de afgesproken periode afloopt, de overheid haar beleidsinhoudelijke in vloed vorm kan geven. Hierbij brengen wij wel uitdrukkelijk naar voren dat wij de uitgangspunten, aan de ene kant meer beleidsinhoudelijke invloed van de overheid en aan de ande re kant meer verantwoordelijkheid met betrekking tot de uit voering voor het p.i., onderschrijven. Uitgangspunt is en blijft het wederzijdse vertrouwen om afgesproken doelstel lingen waar te maken. Wij kunnen ons voorstellen dat er van uit de overheid behoefte kan zijn aan een tussentijdse bij stelling, zij het dan onder een aantal randvoorwaarden. Wij verzoeken U dit als aandachtspunt mee te nemen en het te verwerken in de eindrapportage die voor de begrotingsbehan deling 1991 ter beschikking komt van de commissie. Tot slot stellen wij het op prijs om na een half jaar de voortgangs rapportage met betrekking tot het experiment in de commis sie te bespreken. De heer DERIJCKERE In 1987 heeft onze fractie het college nadrukkelijk ver zocht om binnen de welzijnssector de mogelijkheid te bekij ken van budget-financiering. Op dit moment ligt er een be gin van een budget-financieringsmethodiek. Het is een start. De vorige spreekster zei inderdaad ook, dat er nog weinig uniformiteit is en dat er heel veel verscheidenheid in de produktdefiniëring zit. Het zal niet een makkelijke zaak zijn om goed de vinger aan de pols te houden en om op dit ogenblik, vanuit de voorhanden zijnde gegevens, te kij ken of de middelen inderdaad besteed worden aan die zaken, waarover we afspraken hebben gemaakt. In de commissie heb ben we gezegd, dat we al lerend en in vertrouwen met elkaar werkend, de zaak nader moeten gaan specificeren. We zullen nader moeten gaan kijken hoe we de methodiek tot een echte budget-financieringsmethodiek moeten maken. De tussentijdse rapportages zullen ons daarin zeker kunnen bijstaan. Wethouder VAN RAAK

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 535