27 FEBRUARI 1989
55
mijn plotseling een motie. Waarom die motie? Dat begrijpen wij
nog steeds niet.
De heer KOEKKOEK
Wat een emotie om een motie die helemaal overbodig is.
De heer TAKS
Waarom interrumpeert U dan? Ik stel alleen maar vast wat er bij
de begrotingsbehandelingen gebeurd is. Daar is een motie inge
diend, die krijgt nummer 11 en die omvat bijna pagina tekst.
De heer KOEKKOEK
Zit U dat dan dwars?
De heer TAKS
Nee, maar ik zie geen geld. Ik vraag me af wanneer het geld
komt. Ik neem aan dat de heer Koekkoek in de tweede termijn wel
aan zal geven welke andere activiteiten geschrapt moeten worden
om in 1990 de nodige gelden vrij te maken. We wachten even af
hoe het zich verder ontwikkelt. Wij hebben indertijd tegen deze
motie gestemd, enerzijds wegens haar overbodigheid omdat het ge
vraagde onderzoek al was toegezegd, anderzijds wegens overwegen
de bezwaren tegen sommige van de beoogde maatregelen. In tegen
stelling tot de openbare verlichting ziet de V.V.D.-fractie het
treffen van beveiligings- en verlichtingsmaatregelen voor wonin
gen niet als een overheidstaak. Naar Liberale opvatting heeft de
burger een eigen verantwoordelijkheid om in de particuliere
sfeer, eventueel samen met anderen, het nodige te doen voor de
beveiliging van zichzelf en zijn eigendommen. Wel heeft de over
heid daarbij een voorlichtende taak, in het kader van de crimina
liteitspreventie. In 1990 wordt terecht geen geld uitgetrokken
voor de in dit verband bij motienr. 11 gevraagde maatregelen en
dat zou naar onze mening ook in de verdere toekomst niet moeten
gebeuren. Een gemeentelijke bijdrage van 1/3 in de kosten van
beveiligings- en verlichtingsmaatregelen voor alle woningen in
de gemeente is financieel onhaalbaar. Voor beperking van die
maatregelen tot bepaalde categorieën woningen bestaat naar onze
opvatting geen enkele rechtvaardiging. Wij zien een en ander als
de eigen verantwoordelijkheid van eigenaren en huurders, waarbij
de sociale verhuurders uiteraard een bijzondere verantwoordelijk
heid dragen. De V.V.D.-fractie is, zoals al zo vaak is gezegd,
voorstandster van versterking van vormen van functioneel toe
zicht en sociale controle en ook van de inschakeling daarbij van
werklozen middels werkervaringsprogramma's. Te denken valt dan
aan huismeesters, conciërges, beheerders van buurt- en clubhui
zen, controleurs in het openbaar vervoer, bewakers van parkeer
plaatsen e.d. Voorstellen van het college op dit gebied zullen
door ons worden gesteund. Dat geldt echter niet voor het idee
van de stadswachten, zoals in de motie bedoeld. Inschakeling van
werklozen, die ter assistentie van de politie langs de openbare
weg surveilleren, achten wij minder gewenst. De zorg voor de
openbare orde is een taak van de overheid, die voor de uitvoe
ring van die taak beschikt over een politie-apparaatdat goed
is opgeleid en onder democratische politieke controle staat. De
kwaliteit van deze overheidstaak lijkt ons niet gediend met expe-