28 FEBRUARI 1989
81
De heer GARRITSEN
Ik heb sterk het idee dat U door een zeer gekleurde bril naar de
stad kijkt.
De VOORZITTER
Nee, dit is blank glas. Als het kabinet onverhoopt ons de knoop-
puntstatus alsnog zou ontnemen, dan zullen wij vaststellen dat
het kabinet geen wijs besluit heeft genomen, maar de potenties
van Breda zullen dezelfde blijven en waard om la knooppunt
door te gaan. Daartoe is er voldoende enthousiasme en inzet én
bij het college én bij ons ambtelijk apparaat aanwezig. Tenslot
te, over dit ambtelijk apparaat sprekende, de heer Sinke heeft
ons uitgenodigd niet te zeer toe te geven aan de ambtelijke ge
woonte om alles onder te brengen in oude of nieuwe overlegsitua
ties. Ik zou daarvan willen maken: niet toe te geven aan de
slechte gewoonte, want deze gewoonte is namelijk niet alleen een
ambtelijke
Wethouder SANDBERG
Wat betreft personeel en organisatie het volgende. De nog niet
zo lang geleden door Uw raad vastgestelde Nota Personeelsbeleid
krijgt in de thans voorliggende Kadernota voor wat betreft de fi
nanciële consequenties zijn nadere uitwerking. Via de stelpost
personeelsbeleid komen er middelen vrij om een aantal met elkaar
samenhangende maatregelen te effectueren. De heren Koekkoek en
Taks hebben geïnformeerd naar de ontwikkelingen op het belonings-
gebied. Zoals bekend is er een werkgroep "bezoldiging" in het le
ven geroepen. In deze werkgroep participeren naast een ambtelij
ke vertegenwoordiging ook twee leden namens het gemeentelijk
overleg. Het college heeft deze werkgroep verzocht voorstellen
te formuleren die zowel betrekking hebben op de invoering van de
gedifferentieerde bezoldiging, als het in beeld brengen van de
bezoldigingsachterstand en de mogelijkheden hier wat aan te
doen. De werkgroep heeft nog geen eindrapportage uitgebracht.
Wel is mij inmiddels duidelijk geworden, dat het onderzoek naar
een achterstandsituatie een ietwat genuanceerder beeld heeft op
geleverd dan bij mij leefde. Een recente actualisering van eerde
re onderzoeken heeft opgeleverd, dat in de lagere salarisklassen
er in beperkte mate sprake is van achterstand, terwijl naar mate
de salarisklassen hoger worden de bezoldiging, zowel in absolute
bedragen als in percentages, steeds verder achterblijft bij dat
gene wat in andere vergelijkbare gemeentes gebruikelijk is.
Voorshands geef ik er de voorkeur aan eerst het rapport van de
projectgroep bezoldiging af te wachten. Dit rapport zal uiter
aard via het college aan Uw raad worden voorgelegd. Ik verwacht
dat dit rond de zomer kan geschieden. Wat betreft de organisatie
het volgende. De heren Taks en De Bruijn hebben hun bezorgdheid
uitgesproken over de capaciteit van de ambtelijke organisatie en
zijn benieuwd naar de ontwikkeling van de totale gemeentelijke
werkgelegenheid. Ons uitgangspunt is dat de omvang van de forma
tie een afgeleide dient te zijn van de taken die de raad op zich
neemt. Zoals bekend is de periode van ingrijpende personeelsmuta-
ties, ik denk hierbij aan het afstoten van het slachthuis, het
woningbedrijf, het Enwa en de schooladvies- en begeleidings
dienst, achter de rug. In grote lijnen stabiliseert de gemeente-