28 FEBRUARI 1989
83
tievormen In acht te zullen nemen. Het is ook niet voor niets,
dat het college aparte voorstellen inwacht van een ambtelijke
werkgroep over de taak en plaats in de organisatie van de beoog
de P.R.-functionarisZodra het college, na de algemene goedkeu
ring door Uw raad, dddrover een standpunt heeft ingenomen, kan
het verzoek van D'66 om een toelichtende notitie aan de commis
sieleden spoedig worden gehonoreerd. Daarin zullen tevens opmer
kingen worden opgenomen over de centrale taak van de afdeling
voorlichting en inspraak met betrekking tot de gedecentraliseer
de inspraak. Wat betreft automatisering het volgende. De heer
Koekkoek heeft een opmerking over de automatisering gemaakt en
legt daarbij een relatie tussen het Bredase informatiebeleid en
de afloop van het contract met het C.B.T. einde 1991. Om wat dit
laatste betreft de puntjes op de i te zetten: de contracten met
het C.B.T. lopen op 1 januari 1991 af. Deze afloop kan groten
deels los worden gezien van het Bredase informatiebeleid. Aan
het opzetten van een informatiebeleid wordt in Breda reeds gerui
me tijd gewerkt. Ik verwijs daarvoor achtereenvolgens naar de
totstandkoming van het automatiseringsplan 1986, het informatie-
en automatiseringsplan 1988 en de Nota "De informatievoorziening
in Breda", welke laatste reeds in eerste lezing door de commis
sie POA is behandeld en op korte termijn aan de raad zal worden
aangeboden. Het is niet zo dat in het verleden het informatiebe
leid door het C.B.T. werd bepaald. Bij het C.B.T. vond en vindt
de uitvoering, de verwerking van een aantal geautomatiseerde sys
temen plaats, de uitkeringsadministratie van de G.S.D., de bevol
kingsadministratie, de salarisadministratie, de O.G.B. en het ka
dastraal systeem. Voor zover aan deze verwerking beleid te pas
kwam, betrof dit uitsluitend de automatiseringstechnische kant.
Het aflopen van het contract met het C.B.T. houdt niet meer of
minder in dan dat de systemen tenminste tot 1 januari 1991 bij
het C.B.T. dienen te blijven en dat tot deze datum buiten een
normale kostenindexering geen prijsverhoging zal plaatsvinden.
Het handhaven van de verwerking van een of meer systemen bij het
C.B.T., thans RAET, na 1 januari 1991 is mogelijk. Of en zo ja,
voor welke systemen van deze mogelijkheid gebruik wordt gemaakt,
moet nog worden bezien aan de hand van afwegingen op grond van
kosten, kwaliteit en functionaliteit van de C.B.T.-systemen ten
opzichte van andere op de markt aanwezige mogelijkheden. Ten aan
zien van economische zaken en werkgelegenheid het volgende. Aan
de budgetverhoging en uitbreiding van de personele capaciteit
van de dienst economische zaken en werkgelegenheid wordt door de
P.v.d.A. en de P.S.P. een verschillende interpretatie gegeven,
waarvan die van de heer Koekkoek de juiste is. Inderdaad is het
de bedoeling om met de personele versterking, zoals dit in de Ka
dernota is voorgesteld, tot meer beleidsanalyse te komen. Overi
gens merk ik op, dat het de dienst met de huidige bezetting ge
lukt is om tijdig met een sociaal economisch beleidsplan, zoals
in het programakkoord was afgesproken, te komen. Ik heb daarover
instemming uit de raad kunnen vernemen. Ook de aan de raad toege
zegde voortgangsrapportage is tijdig gereed gekomen. Voor overi
ge beleidsnota's, en ik noem buurtwinkelcentra, versterking leer
ervaringsprojecten, segmenteringsnota kantoren en bedrijven en
evaluatie kernwinkelapparaat als onderdeel van de evaluatie
structuurplan binnenstad, participeert de dienst in werkgroepen,
