28 FEBRUARI 1989 86 bare arbvo-instrumentarium, wel de nodige zorgvuldigheid te wor den betracht. Wat betreft nieuwe werkgelegenheid verdient het voorstel van de heer Taks met betrekking tot gemeentelijke initi atieven op het gebied van functioneel toezicht alle aandacht. Mocht blijken dat deze initiatieven na een nader te bepalen aan loopfase zichzelf "terugverdienen" dan leveren zij immers een di recte bijdrage aan de werkgelegenheidsbevordering. Een voorbeeld van een dergelijk succesvol initiatief zijn de bewaakte fietsen stallingen die medio tachtiger Jaren weer opnieuw in het stads beeld zijn verschenen. Kort wil ik ook nog stilstaan bij de her- oriënteringsaanpak en het Jeugdwerkgarantieplan. Met beide pro jecten wordt een "individuele trajectbenadering" ten behoeve van langdurig werklozen voorgestaan, waarvan ik me niet kan voorstel len dat deze negatief afsteekt tegenover projecten elders in den lande, bijvoorbeeld in Gelderland. De heer KOEKKOEK Dat heb ik niet gezegd. Wethouder SANDBERG Wat denkt het college van de goede zaken die er in Gelderland zijn? De heer KOEKKOEK Ook dat heb ik niet gezegd. Wethouder SANDBERG Ik kom daarop nog terug. Vanaf mei 1988, datum waarop met de hog-aanpak is gestart, zijn met 450 langdurig werklozen 863 ge sprekken gevoerd. Voor ruim 300 personen zijn op maatgesneden ac ties in gang gezet en 84 personen zijn reeds doorgestroomd naar regulier werk. Ook de resultaten van de tijdelijke voorziening Jeugdwerk-garantieplan zijn hoopgevend. Van het aantal geplaat ste personen, 156, zijn er 89 uitgestroomd, waarvan de helft, 45, naar regulier werk. Met het door de heer Sinke verwoorde uit gangspunt de tijdelijke voorzieningen door te voeren kunnen wij van harte instemmen. Met enkele bijstellingen lijkt de tijdelij ke voorziening betere condities te bieden voor een effectieve aanpak dan het definitieve Jeugdwerk-garantieplan. Evenals een groot aantal andere gemeenten heeft ons college er dan ook on langs bij het kabinet op aangedrongen af te zien van de invoe ring van de voorgenomen JWG-Wet en daarentegen voort te bouwen op de tijdelijke voorziening zoals die nu bestaat. Verder nog een opmerking over tweedekans onderwijs in de technische sector. Uiteraard heeft dit onze aandacht. Het is U ongetwijfeld bekend dat het onderwijs aan volwassenen volop in beweging is. Ik hoef U maar te wijze op de op handen zijnde wetgeving inzake het cur sorisch beroepsonderwijs en de contractactiviteiten. Deze wetge ving biedt het kader waarbinnen gemeenten en regio's op creatie ve wijze gebruik kunnen maken van de bestaande educatieve infra structuur waar het gaat om de technische scholing van langdurig werkloze personen. Dat hierbij de scholingsvraag van het be drijfsleven en de arbeidsorganisaties sterk richtinggevend zal zijn zal, gelet op mijn voorgaand betoog, duidelijk zijn. Afron dend nog één opmerking naar aanleiding van een uitspraak van de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 86