28 FEBRUARI 1989 88 ren meer of minder kunnen worden geëxpliciteerd ten einde een zo dynamisch mogelijk model van meerjarenperspectief te kunnen pre senteren. Wat betreft de Kadernota, de bedoelingen en evaluatie daarvan, het volgende. De huidige Kadernota is, evenals de vier voorafgaande, in hoofdzaak een financiële Kadernota. Uit de reac ties moeten wij opmaken dat een aanmerkelijk deel van de raad de Kadernota eigenlijk ziet in het verwachtingspatroon van een tota le beleidsnota. Tegen deze achtergrond is het nodig, zoals ook is gevraagd, een evaluatie te laten plaatsvinden waarbij de rela tie programakkoord/Kadernota en de relatie Kadernota/begroting aan de orde komt. Bij deze evaluatie zullen dan de ervaringen met de eerder verschenen Kadernota's en het verwachtingspatroon van de totale beleidsnota elementen zijn. In dit verband lijken mij enkele opmerkingen op voorhand relevant. Een totale beleids nota lijkt mij alleen dan haalbaar en zinvol als zij onmiddel lijk in aansluiting op het programakkoord wordt opgezet en bij de volgende Kadernota's wordt geactualiseerd en bijgesteld. In dit geheel past dan ook naadloos de suggestie van de V.V.D. voor wat betreft de scenariogedachte. Tegen de achtergrond van het voorafgaande is het college gaarne bereid deze evaluatie toe te zeggen, op een zodanig tijdstip dat een en ander mee betrokken kan worden bij de opzet van het programakkoord 1990-1994. Wat be treft de Kadernota 1991 het volgende. Door het C.D.A. is con creet een vraag gesteld over de behandeling van de Kadernota 1991. Geschiedt dit door de oude raad of door de nieuwe raad? Ook hier een opmerking vooraf. Indien de Kadernota, wat op zich verdedigbaar is, door de nieuwe raad zou worden vastgesteld, val len drie maanden voorbereidingstijd voor de begroting weg. Het zal duidelijk zijn dat dit voor het nieuwe college en de ambtena ren met zich meebrengt dat bij voorbaat een onhaalbaar tijdpad ontstaat. Dit zou daarnaast betekenen dat het met veel moeite be reikte repressieve toezicht vanwege het niet voldoen aan de ter mijnen weer verloren zal gaan. Alg gevolg hiervan zou een logi sche consequentie zijn dat de thans zittende raad de Kadernota 1991 zou vast stellen. Het college is van mening dat gezocht moet worden naar een methodiek die tevens recht doet aan het pro gramakkoord dat op basis van de nieuwe raadssamenstelling zal worden gesloten. In dit verband zou de laatste Kadernota van de ze raad de navolgende kenmerken moeten vertonen: het financiële kader voor 1991» alsmede een geactualiseerd meerjarenperspectief voor de periode tot en met 199*1; een geactualiseerde situatie van risico's en reserves; een afrondende stand van zaken betref fende het achterliggende programakkoord inclusief de hieruit voortvloeiende "witte plekken"; signalering van onontkoombare knelpunten. Deze Kadernota zou dan tevens als algemeen kader kun nen dienen voor het op te stellen programakkoord 1990-1994 en derhalve onderdeel dienen uit te maken van de programonderhande lingen. Op basis van dit programakkoord zou het thans zittende college de voorbereiding van de begroting 1991 ter hand kunnen nemen, met inachtneming van alle eerder genoemde termijnen. Het zal dan tevens duidelijk zijn dat de door de verschillende par tijen naar voren gebrachte aandachtspunten voor de Kadernota 1991 integraal betrokken zullen moeten worden bij het programak koord, zodat niet voorafgaande daaraan financiële invullingen dienen plaats te hebben. Tenslotte nog een enkel woord met be-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 88