6 MAART 1990
100
zal nadrukkelijk zijn invulling krijgen in de voorstellen
met betrekking tot het structuurplan voor de binnenstad.
Mijnheer de voorzitter, ik dacht, dat ik daarmee alle in
mijn richting gestelde vragen had beantwoord.
Wethouder VAN RAAK
In aanvulling op wat de voorzitter zoëven vertelde over de
sociale vernieuwing, het volgende. Ik heb hier de hoofdlij
nen van de nota voor mij liggen, die ons gisteren zijn toe
gestuurd en daarin worden inderdaad de drie terreinen ge
noemd, die de heer Sinke en de heer Taks zoëven opnoemden:
arbeid, scholing en inkomen, kwaliteit van de dagelijkse
leefomgeving en verbetering van de doelmatigheid en de kwa
liteit van de voorzieningen. Het verhaal gaat over een aan
pak die drievoudig is. Ten eerste, een bundeling van de in
spanning van alle betrokkenen, rijk, locale overheden en
maatschappelijke organisaties. Ten tweede, het leveren van
maatwerk gericht op de totale situatie van een doelgroep of
individuen daaruit. Ten derde het zoeken van een nieuw even
wicht tussen rechten en plichten, voor zowel overheden als
individuen. Over de geldstromen, die ermee gepaard gaan,
wordt daarin gezegd, dat afhankelijk van de te maken afspra
ken geldmiddelen beschikbaar zullen worden gesteld uit de
thans voor doeluitkeringen beschikbare middelen, in de orde
van grootte van f 1,6 miljard in 1990, oplopend tot f 1,75
miljard in 1994. Dat betekent dus in feite een sigaar uit
eigen doos, maar dat hadden wij twee weken geleden bij mi
nister Dales al geconstateerd, ofschoon er ook sprake is
van extra gelden, maar die kenden wij ook al. Het betreft
namelijk f 170 miljoen voor kinderopvang. U weet dat daar
van f 20 miljoen dit jaar hiervoor vrij wordt gegeven en
dat wij reeds aanvragen bij het ministerie daarvoor hebben
ingediend. Dan is er sprake van een startsubsidie oplopend
tot f 150 miljoen voor banenpoules en ten derde is er spra
ke van f 100 miljoen voor bijzondere bijstand in het kader
van de decentralisatie van bijzondere bijstand. Ik dacht,
dat de heer Koekoek daarover een vraag gesteld heeft, name
lijk: wat heeft dat nu concreet te betekenen. U weet, dat
die decentralisatie, de deregulering, per 1-1-1991 ingaat
en dat het bedrag dat daarvoor beschikbaar wordt gesteld,
een x-bedrag is op basis van een verdeelsleutel en van het
huidige budget dat voor bijzondere bijstand wordt besteed,
plus f 100 miljoen extra. Nu kun je op twee manieren van
dat bedrag gebruik maken: a. als je gewend bent hoge uitga
ven te doen, die je tot op dit moment kon declareren voor
bijzondere bijstand, kun je aan het bedrag tekort komen
(het verdeelsleutelbedrag, het x-bedrag plus die f. 1 mil
joen, die wij dus als Breda krijgen)b. als je gewend bent
om weinig uitgaven voor bijzondere bijstand te doen, dan
hou je dat bedrag over. Maar dat is ook nog afhankelijk van
wat straks in het kader van de deregulering onder bijzonde
re bijstand vertaald moet worden. Want ook daar is de dis
cussie nog niet precies helder over. Die discussie wordt op
dit moment gevoerd. Vorige week is er van de S.E.R. een ne
gatief advies gekomen over de deregulering en de herinrich-