6 MAART 1990
105
haalbaar is. Dus wat dat betreft, denk ik, dat het toch wel
degelijk noodzakelijk blijft.
Wethouder RATTINK
Je moet iedere keer de afweging van het vervoer meenemen
bij je nieuwe planontwikkeling. Dat is natuurlijk een duide
lijke zaak, maar ik zie, dat wij ook in het structuurplan
duidelijk gekozen hebben voor de ontwikkeling van een spoor-
zone. Dat zijn in ieder geval zaken, waarmee wij ook reke
ning houden bij de toekomstige ontwikkelingen. Voor wat be
treft de verbinding naar Utrecht wil ik nog zeggen, dat het
college daar herhaaldelijk acties op ondernomen heeft. Maar
als op een gegeven moment duidelijk blijkt, dat het voorlo
pig niet in de pen zit, dan kun je wel bezig blijven. Wij
hebben toen een andere weg ingeslagen en die is, dat wij
met de provincie en de N.S. zijn gaan praten - ik heb dat
al eerder gezegd - over een verbinding naar Oosterhout, om
daar in ieder geval de eerste schakel te leggen. Zeker ook
in het kader van de vervoerregio zullen wij hierop terugko
men. Dat is een zaak, waar ook alle participanten verder
aan meewerken. Voor wat betreft de knooppuntprojecten, het
volgende. De heer Sinke noemde er 15, ik weet uit mijn
hoofd niet precies wat het aantal is. Indien er straks als
de diverse projecten aan nadere uitwerkingen toe zijn, ex
tra investeringen noodzakelijk zijn, praten wij er dan na
tuurlijk over. Het is wat moeilijk om dat op dit moment zo
aan te geven. Maar we hebben bijvoorbeeld voor wat betreft
het onderwijs niet voor niets die extra middelen ter be
schikking willen stellen. Dat kun je in feite zien als één
van die uitwerkingen. Het ligt in de bedoeling dat het mas-
terplan deze maand nog Uw kant op komt, maar ik wil toch
bij voorbaat de illusie wegnemen dat het allemaal nieuwe
projecten zouden zijn. Ik dacht dat ik dit ook wel eerder
aangekondigd heb. Het zijn natuurlijk ook allemaal zaken
die U voor een deel al bekend zijn. Het zou wat merkwaardig
zijn als we nu opeens allerlei nieuwe zaken uit de hoed zou
den toveren. Denk bijvoorbeeld alleen maar aan de zaken
rond de infrastructuur, de Zuidelijke Rondweg, de Westtan
gent. Daarmee kom ik meteen op een aantal zaken die ge
vraagd zijn: wat zijn nu de effecten van de knooppunten?
Wat hebben we er nu van kunnen merken? In ieder geval heb
ben wij er, dacht ik, en volgens mij is het ook al eerder
ter sprake geweest, wel het een en ander van kunnen merken.
Als U alleen al kijkt naar de vestigingen van bedrijven, de
vraag naar bedrijventerreinen, de grondverkoop op dit mo
ment en de medewerking van het ministerie van onderwijs bij
onder andere de vestiging van de Hogeschool voor Toerisme
en Verkeer. De begroting van verkeer en waterstaat, waarin
het knooppunt Princeville naar voren is geschoven, dat veel
later in de planning zat. De medewerking die ook door het
ministerie is toegezegd bij de verdere ontwikkeling van de
schouwburgplannen en zeker ook het overleg zoals we dat nu
hebben met rijkswaterstaat met betrekking tot de verdere
ontwikkelingen in de Zuidelijke Rondweg. Dat zijn zeker za
ken die niet weggepoetst kunnen worden en zodra de status