6 MAART 1990 110 is gegeven op de meeste vragen, dat wellicht de tweede ter mijn bijzonder kort zou kunnen zijn. Ik ga er even vanuit. Onder die premisse ga ik er ook vanuit dat wij het vanavond zouden kunnen afronden. De heer SINKE We hebben maar één motie, dus ik denk dat wij wat dat be treft ook heel beperkt kunnen zijn. De VOORZITTER Zullen we dan met elkaar proberen af te spreken: nu een half uur? Dan schors ik de vergadering voor een half uur. SCHORSING De VOORZITTER heropent de vergadering. C. ALGEMENE BESCHOUWINGEN (tweede termijn) De heer KOEKKOEK Ik zal mijn verhaal beginnen met het punt dat vanavond toch vrij onverwachts op de politieke agenda verscheen, terwijl dat in de commissiebehandelingen nog eigenlijk amper aan de orde was: de sociale vernieuwing. De P.v.d.A. heeft altijd als gedachte naar voren gebracht dat het stedelijk knoop punt Breda aan de ene kant een economische kant heeft en aan de andere kant een sociale kant. Ik heb dat ook herhaal de malen namens mijn fractie naar voren gebracht. In dat ka der zijn wij ook de idee toegedaan dat Breda van harte mee moet doen aan die sociale vernieuwing. Ik vind nog een ande re zaak van groot belang. Breda is ook een van de eerste (en een van de weinige) gemeenten geweest die heel bewust een raadsuitspraak in het kader van de deregulering rich ting Den Haag heeft gezonden, dat wij in aanmerking wilden komen voor die dereguleringsmogelijkheden. Ik denk dat dit vanuit een andere invalshoek daar ook onder past. En ten slotte, ik denk dat dat het allerbelangrijkste is, zijn wij in Breda al een groot aantal jaren bezig met een aantal on derwerpen, maar ik denk dat het weinig zinvol is om nu over en weer schouderklopjes te gaan uitdelen, hoe goed wij aan al dat soort dingen gewerkt hebben. Een aantal voorbeelden is hier vanavond klip en klaar genoemd. Wat dat betreft, richting college: ga Uw gang en laten we snel de raad een intentie-uitspraak doen ontlokken. In mijn verhaal in eer ste termijn ben ik ingegaan op de zorg. De zorg die wij heb ben voor de zorg voor ouderen. De wethouder heeft namens het college aangegeven dat hij dat zeer zeker ziet, maar dat de kruisverenigingen en andere organisaties niet bij machte zijn om daaraan tegemoet te komen, omdat gewoonweg het geld ontbreekt. Ik denk dat het uitstekend is dat er een brief richting W.V.C. gaat, maar indien W.V.C. niet over de brug komt of met veel te weinig geld over de brug komt, dan wil ik hier toch alvast in het midden leggen, dat de P.v.d.A. in de context van ons verkiezingsprogramma (één van onze hoofdpunten is de zorg voor ouderen) dan vindt dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 110