6 MAART 1990 111 de gemeente er zeer serieus over na moet denken om uit ei gen middelen geld vrij te maken om toch de zorgvoorzienin gen voor ouderen in de steunpunten en in de wijken overeind te houden. Ten aanzien van de werkgelegenheid, ook zo'n as pect waaraan wij niet alleen in ons verkiezingsprogramma nu, maar ook in de afgelopen jaren volop aandacht hebben ge geven, vind ik sprekend namens mijn fractie, dat het colle ge een groot aantal goede aanzetten daartoe heeft gegeven. We hoeven daar niet verder over uit te weiden, de voorbeel den zijn bekend. Ik wil hier nadrukkelijk zeggen dat dat ons niet weerhoudt om te zeggen: daar moeten we dus mee doorgaan en dat moeten we intensiveren en dat moeten we ver sterken in de komende periode om juist de mensen, die om de woorden van wijlen Joop den Uyl te gebruiken, aan de on derkant van de samenleving zitten, te bereiken en een kans op een baan te geven. De noodzaak en het belang daarvan heb ik in mijn eerste termijn ook uitgebreid aan de orde ge steld. Wat betreft het verlichtingsplan, zijn wij er posi tief over dat het er nu aankomt. De hele voorzichtige schets die de wethouder namens het college gegeven heeft, dat is een zaak die ons wel aanspreekt, maar ik wil op dit moment niet veel verder gaan, omdat ik toch ook eerst graag het plan wil lezen. Ik wil nogmaals zeggen dat wij in het kader van de bestrijding van de criminaliteit hechten aan een verdere doordenking en uitwerking van die 1/3- regeling en we zullen zeker in de commissie, wanneer het verlich tingsplan aan de orde komt, daarop wel uitgebreid terugko men. Betreffende het milieu: daarop komen we binnenkort in de commissie nog uitgebreid terug met Uw eerste twee hoofd stukken. Waar wij vanuit de P.v.d.A. in die commissie voor al aan zullen werken en ook zullen proberen, als het moet en kan, met voorstellen te komen, is dat het Bredase milieu beleid concreet en uitvoerbaar is. Ik ken de stukken nog niet. Mijn fractie kent ze nog niet, maar wij zullen in ie der geval samen met het college eraan werken, dat we komen naar een concreet en uitvoerbaar milieubeleid in Breda en voor Breda. Laat dat gezegd zijn. Dit alles overziende heb ik in mijn tweede termijn gepoogd een aantal punten van be lang voor de P.v.d.A., onze hoofdpunten voor de verkiezin gen, te koppelen en te relateren aan de uitspraken van het college ten aanzien van de zaken die in de eerste termijn naar voren zijn gebracht. Ik denk dat, om een beeldspraak te gebruiken, het pad voor de nieuwe raad daardoor niet al leen financieel, maar ook verlichtingtechnisch ruimschoots is verlicht. De heer SINKE Zoals ik in mijn eerste termijn al aankondigde zal de twee de termijn niet lang en eveneens niet erg ingewikkeld zijn. Ik moet alleen twee punten uit de eerste termijn nog even aanhalen, omdat ik daarop geen antwoord gekregen heb. Het betreft mijn vraag over hoe het staat met de extra investe ringsimpuls uit het regeeraccoord. De tweede vraag betrof de totstandkoming van de begroting 1991 en de randvoorwaar den die, en dan kijk ik met name in de richting van de dien-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 111