121
6 MAART 1990
in het financieel meerjarenperspectief. (Ongeveer f 7 mil
joen investeringscapaciteit bedoel ik dan)Betreffende de
procedure voor de begroting 1991, ligt het in de bedoeling,
dat op 15 april a.s. de diensten hun begrotingen ingediend
hebben, exclusief de zaken die in het program-akkoord aan
de orde zijn. Op 1 mei zal de raad het vastgestelde pro
gram-akkoord ondertekenen en dan krijgt het college, maar
dat is afhankelijk van de dan zittende burgemeester c.q.
loco-burgemeester, naar mijn mening op 2 mei de opdracht om
met hun diensten vóór 15 mei een concrete vertaling te ge
ven van de schijf 1991 van het programakkoord en dat wordt
dan meegenomen, zodat op 15 juni het college aan de begro
tingsbehandeling 1991 kan beginnen en dan kan de heer Taks
zijn toetsing bij de begroting nadrukkelijk plegen.
De heer TAKS
Hopelijk doen anderen dat ook. Het gaat hier namelijk om de
gemeenteraad, niet om mij persoonlijk.
Wethouder RöMKENS
Nee, maar omdat U die vraag stelde, meneer Taks.
Nu probeer ik eens een keer in de richting van U iets te
zeggen.
De heer TAKS
Het klonk een beetje boosaardig. Dat kan ik wel waarderen,
meneer Römkens.
Wethouder RöMKENS
Ik ben toch helemaal niet boosaardig? In de richting van de
heer Sinke tenslotte het volgende. Zijn conclusie met be
trekking tot de opschonings-operaties is correct. Maar veel
belangrijker vind ik dat wij in de toekomst dit soort opera
ties trachten te vermijden. Ik ben heel bescheiden geweest,
meneer Taks, naar aanleiding van Uw opmerkingen, althans
voor mijzelf bescheiden, want U maakte nogal wat opmerkin
gen in positieve zin en ik denk, als ik daar op ga reage
ren, dan ben ik mijzelf aan het prijzen en dat mag niet van
uit mijn geestelijke achtergrond.
De heer TAKS
Daar blijf ik helemaal buiten.
Wethouder RöMKENS
Vandaar dat ik mij bescheiden heb opgesteld. Richting de
heer De Bruijn: ik ben het met hem eens dat met name voorko
men moet worden dat een stuk motivering bij de bevolking
ten aanzien van het hele recyclingproces te loor gaat. Met
name zal het M.E.C. (Milieu Educatief Centrum) daar ook een
belangrijke rol in vervullen via educatie en voorlichting.
In de richting van de heer Garritsen tenslotte: natuurlijk
zijn er plannen die een doorloop hebben. We zullen dan ook
bij de invulling van het meerjarenperspectief aan moeten ge
ven in welke mate deze plannen beslag leggen op de investe
ringscapaciteit respectievelijk de plannen. Overigens, voor-