29 MAART 1990 142 is wat die gigantische omvang in de praktijk gaat beteke nen. Het gaat natuurlijk niet om dit voorstel, want het is een prima voorstel waarmee we nu nog kunnen werken, maar ik vraag mij toch af hoelang dat dat duurt? Wanneer kan onze markt of wanneer kan onze fabriek het niet meer aan? Welke situaties ontstaan er dan? Onze fractie wil graag weten wat hiervan de consequenties op korte termijn zijn. In de commissie werd van verschillende kanten gezegd dat je een nog hogere prijs voor het oud-papier moeten betalen, het geen het ophalen zal stimuleren. Ik heb toen gezegd dat ik dat best moeilijk vind, omdat wij niet weten waar in de toe komst de grootste prioriteiten komen te liggen, gezien het gemeentelijk milieuplan, dat concreet ingevuld gaat worden. Daar gaat men nu ook niet meer zozeer van uit, maar wel van een basispremie. Ik ben erg benieuwd wat daarmee dan pre cies wordt bedoeld. Ik wacht het antwoord van de wethouder in deze af. Ik vraag mij af of dit al niet eerder bezinning behoeft, dan het jaar dat we tegemoet gaan. Niet om daarmee aan het goede initiatief enige afbreuk te doen, maar vanwe ge de problematiek die mijns inziens zal ontstaan. Wethouder RöMKENS De heren van den Wijngaard en de Leeuw hebben met name de nadruk gelegd op de samenhang tussen dit voorstel en andere zaken die te maken hebben met gescheiden inzameling, schei ding vooraf en het maximaal hergebruik, mede tegen de ach tergrond van de stijgende stortkosten. Daarnaast heeft de heer van den Wijngaard aandacht gevraagd voor de witte vlek ken en de verdichting. U weet dat we op dit ogenblik daar mee bezig zijn. Dat de voorlichting daarbij een belangrijke rol speelt is evident. Of ik, of mijn opvolger zal U aan het einde van het jaar tijdig, voordat we met een nieuwe re geling komen, over deze aspecten informeren. Daarbij zal dan ook, en dat sluit min of meer aan bij hetgeen mevrouw Pellis vroeg, de totale ontwikkeling van de papiermarkt wor den betrokken, en de vraag of je, los van de relatie markt prijs/vergoeding, tot een basispremie moet komen. Daarover kan ik nu geen uitspraak doen. Als mevrouw Pellis zegt dat zij het antwoord van de wethouder daarover afwacht, dan zeg ik: je kunt die vraag beter aan de heer van den Wijngaard stellen, want hij stelt ze ook aan mij. Ik zeg dus dat ik op dit ogenblik geen antwoord daarop kan geven, niet wil ge ven, en dat er ook geen aanleiding is om daarop een ant woord te geven omdat we nu voor dit jaar een adequaat voor stel hebben. Ten aanzien van de centrale vraag van de heren van den Wijngaard en de Leeuw: ik kan U nu vertellen wat ik ook in de commissie heb verteld, namelijk dat op dit ogen blik diverse experimenten geïnitiëerd vanuit het stadsge west Breda zullen worden uitgevoerd, waarbij gescheiden in zameling centraal staat. Ik noem onder meer het TREP-sys- teem (Total Recycling Project)het Model 11-systeem. Daar mee wordt dan ook antwoord gegeven op de centrale vraagstel ling van de heer de Leeuw, namelijk niet één element eruit halen, maar op welke wijze kunnen we alle bruikbare elemen ten uit het afval halen om ze te hergebruiken. In combina-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 142