24 APRIL 1990 178 nen dat je pas kunt gaan starten, als de hele wetgeving door de Tweede en de Eerste Kamer is gekomen. Als dat zo is, dan betekent dat weer een heel lang uitstel. Ik weet niet of de Tweede Kamer ook vasthoudt aan die gedachte. Maar die gedachte leeft nu bij sommige fracties. Dat bete kent overigens, dat je nog jarenlang een stuk onzekerheid hebt, omdat de Kamer met amendementen nog allerlei fraaie zaken en wellicht ook minder fraaie zaken in het wetsont werp kan introduceren. De heer Koekoek heeft gevraagd of ik al enig inzicht kan geven in het onderzoek naar de kwali teit van de ondersteunende diensten. De heer Straver heeft er al iets over gezegd in de commissievergadering. Wij heb ben op dit moment geen verdere gegevens. Ik stel voor dat ik daarop in een eerst volgende commissievergadering terug kom. Mevrouw Wouters heeft een andere vraag gesteld, die ik al voor een deel heb beantwoord. Op één vraag ben ik nog niet ingegaan, namelijk haar opmerking over de reserve poli tie. Met de reserve politie willen wij zo snel mogelijk aan de slag. Uiteraard moet de reserve politie worden ingebouwd in het totale politiebeleidsplan, dat U na de zomer krijgt. Maar vóór de zomer wil ik al zo snel mogelijk besluiten ne men die er in ieder geval toe leiden dat wij de hele proce dure, die nodig is voor het starten van de reserve politie, kunnen beginnen. Als ik zou wachten met behandeling van het punt reserve politie nadat die nota uit is, en U daarover heeft kunnen praten, betekent dat een verlies van een half jaar. Daarom ben ik voornemens om zo snel mogelijk de hele operatie te starten. Uiteraard is er nog een aantal belang rijke zaken, waarover wij in de commissie zouden moeten pra ten, onder andere het punt van de bewapening. Ik vind ook dat in ieder geval overleg met de dienstcommissie noodzake lijk is over de vraag: waarvoor zet je de reserve politie in? U weet dat reserve politie jarenlang een taboe is ge weest bij de bestaande politievakorganisaties. Zij hebben het afgelopen jaar een koerswijziging ingezet. Ik ben daar erg blij mee, want dat betekent dat wij de reserve politie ook in Breda zouden kunnen realiseren, in overeenstemming met de vakorganisaties. Ik heb recent tegenover het dagblad De Stem een getal genoemd van 100 reserve politieagenten. Ook in de commissie heb ik dat getal genoemd. Dat is een mi nimum aantal. Ons ideaal is eigenlijk 125 man. Maar voordat wij toe zijn aan werving en aan alles dat daarmee samen hangt, komt er uiteraard nog heel veel om de hoek kijken. U zult ook in financiële zin daarmee worden geconfronteerd. U moet U goed realiseren dat deze operatie, om van het niets opeens een complete reserve politie op te zetten in deze sterkte, nog nauwelijks in Nederland is vertoond. Het zal dan ook een stapsgewijze procedure moeten zijn. Maar ik stel mij voor om in ieder geval met de commissie uit Uw raad en zonodig ook met Uw raad, daarover uitgebreid van ge dachten te wisselen. Het zal U duidelijk zijn, dat de reser ve politie een aantal taken van de reguliere politie zal kunnen waarnemen. De discussie in politieke zin gaat natuur lijk vooral over de vraag: waar leg je de grens? Wat mag de reserve politie wel en wat mag de reserve politie niet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 178