1 FEBRUARI 1990
17
in het kader van retributies, dan moet dat op een misver
stand berusten. De achtergrond is zoals ik hem nu geschetst
heb.
De heer DE LEEUW
Twee opmerkingen. In de evaluatie kwam duidelijk naar voren
dat met name de onbekendheid een belangrijke oorzaak was
waarom er geen gebruik gemaakt werd van het fonds. Wij heb
ben niet gesteld dat dat de énige oorzaak was, maar het was
een belangrijke. Iets dat niet bekend is, daarvan kunnen
mensen geen gebruik maken. Dat willen wij nu aanpakken. Wij
zeggen: waarom hebben wij niet méér informatie gegeven,
waardoor er meer bekendheid kwam en waarom hebben wij geen
gebruik gemaakt van de suggesties die bij de eerste discus
sie over dit onderwerp aan de orde zijn geweest? Als tweede
punt: het doorstromingsfonds. Gesteld wordt dat vorig jaar
het fonds snel leeg was; hoe kwam dat? In feite waren de po
tentiële kandidaten, die in aanmerking zouden komen voor
het doorstromingsfonds, allang bekend bij de G.K.B. en daar
om was het fonds zo snel leeg.
De heer GARRITSEN
Ik vind het betoog van wethouder Römkens heel helder en het
geeft de situatie zoals die is duidelijk weer. Maar ons
gaat het erom dat wij het landelijk kwijtscheldingsbeleid
van de O.G.B. te minimaal en te beperkt vinden, dat zou je
moeten verruimen. In de praktijk is het zo en dat is meest
al in de politiek, dat die regelingen tot stand zijn geko
men onder druk van lokale overheden, om dat soort zaken
toch af te dwingen. Op het moment dat je dat soort regelin
gen te beperkt vindt en dat bij de O.G.B. voor kwijtschel
ding te veel mensen buiten de boot vallen, dan moet je kij
ken welke ruimte je hebt en of je daartoe politiek bereid
bent. Het is inderdaad een politieke keuze, als je regelin
gen, die je lokaal vaststelt, gaat verruimen. De P.S.P. zou
die verruiming willen. Dat daaraan consequenties vastzit
ten, zoals de wethouder schetst, is bekend. Ik denk dat het
van belang is om eens te kijken wat de effecten zijn van
bijvoorbeeld de gemeente Den Haag, die een eigen beleid
heeft. Wij zullen die stukken zeker opvragen, om die discus
sie toch van de grond te krijgen, want wij vinden nog
steeds dat de minima, door het regeringsbeleid van de afge
lopen periode in inkomenspositie dermate achteruit zijn ge
gaan, dat je de plicht hebt er lokaal wat aan te doen. Daar
onder verstaan wij ook om die regeling in de raad van Breda
aan de orde te stellen.
De heer SCHARFF
Ik vind het betoog van de wethouder van financiën uitermate
duidelijk. Hij suggereert dat er wellicht sprake is van een
misverstand op het moment dat in een andere commissie wel
licht andere informatie wordt gegeven. Ik denk dat dat ook
uitdrukkelijk het geval is, want er is mij tot tweemaal toe
verzekerd dat het niet mogelijk was om desgewenst een eigen
beleid te voeren. Ik neem aan dat dat in de notulen vast-