24 APRIL 1990
Een van de filosofen tijdens die verlichtingsperiode was
Cant en die beschouwde de verlichting, en daar komt dan
mijn relatie naar dit onderhavig stuk, het vertrek van de
mens uit zijn onmondigheid waaraan hij zelf schuld is. Ik
denk dat dat van toepassing is op de wijze waarop wij nu te
gen verlichting gaan aankijken. De V.V.D.-fractie is in ie
der geval blij dat we eindelijk, na toch een aantal moeiza
me jaren, vermoedelijk het licht weer in de duisternis gaan
zien. De besluitvorming in eerdere instantie over het terug
draaien van het verlichtingsniveau was voor de V.V.D.-frac
tie vanaf het begin een moeizame kwestie. Wij zijn toen
meegegaan, omdat het in het totale pakket van de H.U.G.-opera
tie zat. We hebben altijd gevonden dat aan hetgeen dat de
politie in die tijd naar voren bracht onvoldoende aandacht
is geschonken. We hadden op dat moment ook geen alternatie
ven. Het was toen een slecht besluit, dat wordt nu terugge
draaid, en daar is onze fractie heel erg blij mee. Het col
lege noemt in de nota de argumenten. Het is overigens een
hele mooie nota met schitterende kleurenfoto's, waarbij de
verhouding tussen goed en slecht ongeveer op 50% ligt, niet
qua fotokwaliteit maar qua verlichtingsniveau. Er waren veel
klachten met betrekking tot de sociale veiligheid, er waren
veel klachten met betrekking tot de kleine criminaliteit en
met betrekking tot de verkeersveiligheid. Het zijn toch die
zaken die die mondigheid van de Bredase burger, maar uitein
delijk ook van de raad, weer naar voren brengt. Er ligt nu
een plan voor ons, waarmee we goed uit de voeten kunnen en
waarvan we weten wat de totale financieringskosten zijn. We
praten nu pas over een afsluiting van de eerste fase. In de
tweede fase zal op een gegeven moment duidelijk naar voren
komen wat de financiële consequenties zijn van een meerja
rig uitvoerings- en onderhoudsprogramma en dan krijgen we
ook een financieel kader om de prioriteiten te kunnen afwe
gen. Belangrijk op dit moment is dat er op korte termijn
een stukje verhoging van de sociale veiligheid komt zodat
dat in wisselwerking met een iets terugdringen van de klei
ne criminaliteit een goed uitgangspunt is. Onze fractie
gaat akkoord met de uitgangspunten van de nota en met de no
ta op zich, alsmede met de financiering van de restant-kre
dieten.
De heer GOOS
Als C.D.A.-fractie hebben ook wij ons licht laten schijnen
op dit voor ons liggende raadsvoorstel, inclusief de nota
openbare verlichting in de jaren 1990. Om met het laatste
te beginnen het is een duidelijk verlichtende nota met een
groot aantal foto's, daar is al eerder op gewezen, gemaakt
vanuit verschillende situaties; het geeft een goed beeld
van alles wat er geïnventariseerd is, van wat goed maar ook
wat slecht is op dit moment. Het voorstel geeft een duide
lijk verlichtingsniveau aan van hoe het beter zou moeten en
uitgebreider. Voor de jaren 90 betekent dat een investering
van 2 miljoen. Verdere uitvoering bezien we graag tegen
het licht van het programakkoord. Met de zestal te nemen be
sluiten stemt de C. D.A.-fractie graag in. Mede omdat het
208