26 APRIL 1990 222 Ik kom bij mevrouw Kriens, die ik bijna niet meer kan zien achter die grote bos bloemen. Mevrouw Kriens, U heeft ook één periode in de raad gefunctioneerd. U heeft zich bezigge houden met het ouderenbeleid, met de volksgezondheid en met de emancipatie en U heeft ook doen getuigen van een hele grote betrokkenheid als het gaat om het drugsbeleid, als het gaat om de belangen van een groot aantal groeperingen, die misschien door hun getal niet zo interessant zijn voor de politiek, maar die verder wel met grote problemen zitten en die gelukkig ook dan in de raad mensen vinden die bereid zijn aandacht te geven aan die problemen. Er is mij verteld dat Uw debatten in de raad en Uw activiteiten in de commis sies altijd hebben getuigd van een buitengewoon grote be trokkenheid. Wat mij bijzonder aanspreekt is, dat U ook ac tief bent geweest op het terrein van de emancipatievraag stukken. Ik ben zelf in de Tweede Kamer, voor het eerst als man, een aantal jaren woordvoerder geweest als het ging om het emancipatiebeleid. Ik heb daar destijds nog een mooi de bat mogen meemaken met Uw partijgenoten: de heer Den Uyl, mevrouw d'Ancona, die toen staatssecretaris was, en mevrouw Dales. Ik kan mij van toen nog heel goed herinneren dat de heer Den Uyl er af en toe hoofdschuddend bij zat te kijken als de staatssecretaris van Sociale Zaken, mevrouw d'Anc- ona, wat zei op emancipatieterrein. Zo was Joop den Uyl nou eenmaal. Hij beschouwde het niet altijd als een probleem. Zo ging dat en dat heeft zijn vrouw hem ook diverse malen verteld, ook in het openbaar. U heeft binnen de P.v.d.A., binnen de gemeenteraad aandacht gevraagd voor dat probleem. Ik denk dat de gemeente Breda U daarvoor buitengewoon dank baar is en daarvoor ook graag mijn dank. Ik kom bij de tweede zelfstandige ondernemer, de heer Nui- termans. We hebben elkaar al ontmoet voordat ik zelf ook maar was benoemd. We zagen elkaar ergens op straat. U zei toen: nou, het komt wel goed met jou. U zei er nog net niet achter: jochie, maar dat heb ik er toen ook maar bij ge dacht! U heeft een korte periode gefunctioneerd als raads lid. U heeft zich, samen met de heer Grosfeld, in het bij zonder beziggehouden met de discussie rond N.A.C., de her verkaveling van de sportvelden en de zwembadenproblematiek. U bent nu gelukkig in de toekomst vrij om als ondernemer ook diensten voor de gemeente Breda te gaan verrichten, zon der dat U daarmee allerlei juridische problemen krijgt. Ik denk dat dat dan ook door de secretaris goed moet worden ge regeld. Ik denk dat ik in ieder geval namens de gemeente raad spreek als ik U dank voor al Uw activiteiten en als ik U veel succes toewens bij Uw bedrijf. We weten allemaal dat moeder P.T.T. de afgelopen tien, vijftien, twintig jaar een groot aantal taken heeft laten liggen. U bent op Uw eigen wijze daarop ingesprongen! Ik stel voor dat de heren na af loop de discussie voortzetten. Ik ben het niet eens met de geachte afgevaardigden van de V.V.D., maar ik sluit me aan bij de sociaal-democratie. Zij hebben in ieder geval ade quaat daarop gereageerd. Mijnheer Nuitermans, heel harte-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 222