1 FEBRUARI 1990
30
Het gaat binnen het schoolbestuur speciaal om het tweetalig
onderwijs ter ondersteuning van het leren van de Nederland
se taal. Aan alle kanten blijkt dat het heel positief is.
Daarop was eigenlijk mijn specifieke vraag gericht. Welke
voortrekkersrol zou Breda kunnen spelen als schoolbestuur?
Wethouder ADANK
De situatie waar die zich op deze scholen voordoet wordt
geïnventariseerd in het overleg dat wij met de verschillen
de besturen hebben. Het bestuur, of in ieder geval het col
lege als bestuur van het openbaar onderwijs, zal daar alert
op zijn en maatregelen nemen als die genomen moeten worden.
Akkoord.
19. FUSIE TUSSEN DE GEMEENTELIJKE TECHNISCHE SCHOOL EN DE
L.H.N.O.-AFDELING VAN SCHOLENGEMEENSCHAP BOEIMEER.
De heer BOER
Het is een goede zaak dat er een fusie plaatsvindt en daar
voor hebben wij ook gepleit. Een punt vind ik de bestuurs
vorm, die toch eigenlijk een beetje blijft hangen. Ik kom
terug op mijn vraag, die ik ook in de commissie heb gesteld
over de uitbreiding voor economisch onderwijs. Als wij een
kantorenstad worden zal daar veel vraag naar zijn. Gezien
het feit dat er in Breda-Noord eigenlijk niks is, lijkt het
mij een goede zaak om het daar toch te stimuleren.
De heer GARRITSEN
Een tweetal opmerkingen. Het is een goede zaak dat je tot
een fusie komt van beide scholen, maar er zit ook een nade
lige kant aan het geheel, want het betekent dat de L.H.N.O.-
afdeling van de scholengemeenschap Boeimeer, dus de middel
bare afdeling, gaat verhuizen naar de koepel van het katho
liek middelbaar beroepsonderwijs. Dat betekent weer, dat er
door die fusie sprake is van een versterking van het katho
liek onderwijs en ik denk dat, gezien de discussie die wij
in het verleden hebben gehad, dat toch een slechte zaak is.
Je ziet dat het hele H.B.O., op één enkel onderwijsinsti
tuut na, van katholieke signatuur is en dat de hele middel
bare beroepsopleiding de katholieke signatuur heeft. Het
openbaar voortgezet onderwijs is enkel vertegenwoordigd met
straks een hoofdvestiging in Breda-Noord, waar ook de rijks
scholengemeenschap en de G.T.S. de hoofdvestiging hebben.
Ik denk dat wij nog lang niet de spreiding hebben die eigen
lijk gewenst is. Ik vind dat daarover op korte termijn, en
dan denk ik aan de nieuwe raadsperiode, indringend moet wor
den gesproken.
Wethouder ADANK
De heer Boer vindt de fusie vanuit de geschiedenis een goe
de ontwikkeling. Met de L.H.N.O.-afdeling, ontstaat een
stuk verrijking en meerwaarde. Over de bestuursvormen heb
ik u al enkele malen geïnformeerd. In de intentieverklaring
stond in ieder geval dat het gemeentebestuur bereid was te