28 JUNI 1990
320
Langzamerhand krijg ik er, eerlijk gezegd, toch schoon ge
noeg van. Als iemand een initiatief heeft, kan dat, want er
komen wel meer mensen met initiatieven voor plekken waarvan
je zegt, willen we daaraan medewerking verlenen. Wij als
college hebben iedere keer richting buurt geschreven: in
het nieuwe bestemmingsplan wordt er conform de huidige be
stemming bestemd. Wij hebben als college gezegd: er komen
daar géén woningen. Anders zouden wij ook niet van dat uit
gangspunt zijn uitgegaan en de brieven richting buurt niet
op deze manier hebben geschreven. Wij hebben steeds aangege
ven, nogmaals, het wordt bestemd conform dat. En of iemand
dan een initiatief heeft en daar van alles kan bedenken:
wij moeten daaraan uiteindelijk medewerking verlenen, en
niet een of andere meneer die zomaar bedenkt, dat het leuk
is daar een aantal woningen neer te zetten, neen, geeft
uiteindelijk de medewerking
De heer GARRITSEN
En U toch aan datgene wat ze bij Uw dienst op papier zet
ten, neem ik aan, wat U de bewoners laat zien
De VOORZITTER
Meneer Garritsen, het is nu mooi geweest voor vanavond.
Wethouder RATTINK
Sorry hoor, maar er zijn wel meer mensen die met rare
ideeën komen. Je kunt wel komen bij de dienst met het idee
om de Wilhelminavijver te dempen en daar woningen neer te
zetten. Maar dat wil niet zeggen, nogmaals, dat wij daaraan
medewerking verlenen.
De VOORZITTER
Ik ben nog steeds op zoek, dus
Wethouder RATTINK
Voor wat betreft de vraag van de heer Goos over de vakantie
termijn: dat is terecht, we proberen de inspraak en het ter
visie leggen van zaken voor de burgers niet te doen in de
vakantieperiode. Een heel enkele keer kan het niet anders,
maar dan zullen we de termijn verlengen en het langer doen
dan de normale termijn. Dat willen we in ieder geval tijdig
kenbaar maken. Voor wat betreft de opmerking over het be
stemmingsplan en het feit dat het nu een heel groot plan
zou worden: in feite is dit nog een van de kleine plannen.
En juist daarvoor, omdat er nogal wat initiatieven lagen,
zijn we begonnen met het maken van het bestemmingsplan. We
komen daarmee binnenkort de inspraak in. De vraag van me
vrouw Van Bergen in tweede instantie ben ik kwijt.
Mevrouw VAN BERGEN-NIJEHOLT
Met wie overleg is gevoerd, en of daarvan een weerslag op
papier is.
Wethouder RATTINK