27 SEPTEMBER 1990
337
nu geen onderzoek gedaan. Wat is de omvang nu? En als je
die als basis neemt, wat is de omvang over twee jaar? Het
blijft toch een beetje koffiedik kijken. Mijn concrete
vraag daarbij is: als je over twee jaar evalueert, zit er
dan wel de mogelijkheid in dat je zegt: wij vinden de om
vang van de gokverslaving zodanig dat we de gokautomaten
uit de droge inrichtingen verwijderen. Kunnen wij dat dan
wel doen of zegt U dat dat in feite dan ook niet mogelijk
is, omdat dan toch een aantal argumenten over de convenan-
ten weer gaat gelden, en hetzelfde geldt mogelijk ook voor
de claims. Daarover wil ik graag duidelijkheid hebben. Onze
fractie heeft zich maandag de vraag gesteld: hoe staan wij
er tegenover? Wij vinden eigenlijk dat je die zaak maximaal
moet terugdringen. Je kunt zeggen: het maximale, dat een
paar partijen in de commissie wilden, zit er misschien niet
in en je kunt hiermee akkoord gaan. Maar als het zo is dat
dit het maximale is, dan vinden wij dat eigenlijk minimaal.
De VOORZITTER
Stemt U nu vóór, of stemt U tegen?
De heer GARRITSEN
Dat hangt van Uw antwoord af.
De VOORZITTER
Dat antwoord zal niet veel afwijken van dat van dinsdag
avond, want ik heb geen nieuwe argumenten gehoord.
De heer VAN GURP
Reeds afgelopen dinsdag hebben wij niet onder stoelen of
banken gestoken dat de beide partijen die hier een rol heb
ben gespeeld prima werk hebben geleverd. Naar de mening van
D'66 biedt het convenant een goede mogelijkheid om de gok
verslaving in Breda terug te dringen. Met een gokautomaat
in de droge horeca kunnen wij om twee belangrijke redenen
instemmen. Die wil ik nogmaals herhalen. Onze angst voor de
verschuiving van droge horeca-inrichtingen naar natte en de
angst om de convenanten die nu zijn gesloten weer op het
spel te zetten. De wijzigingen, zoals die nu zijn voorge
steld, vormen volgens ons een prima aanvulling op hetgeen
er al lag en dan met name wat betreft het terugbrengen van
de evaluatieperiode van drie naar twee jaar.
De VOORZITTER
Ik geloof niet dat ik, na de behandeling zoals die in de
commissie afgelopen dinsdag heeft plaatsgevonden, de argu
menten van het college uitvoerig hoef te herhalen. Ik ben
mevrouw Wouters en de heer Koekkoek dankbaar dat zij de ar
gumenten nog eens nader hebben gewogen, en dat zij met name
ook uitgebreid het risico van de kant van de gemeente Breda
voor de droge horeca hebben gewogen. Ik denk dat Wierden in
dat opzicht, gezien het aantal automaten dat daar staat,
niet trendsettend zal zijn. Wij kunnen het risico niet ne
men om de overeenstemming die wij met de horecasector heb-