27 SEPTEMBER 1990 371 Akkoord, met de aantekening dat de fractie van Groen Links geacht wil worden te hebben tegengestemd. 194. AANGAAN VAN EEN SAMENWERKINGSOVEREENKOMST INZAKE BUURT BEHEER GERARDUS MAJELLA. Akkoord 195. INVOEREN VAN HET VERGUNNINGENSTELSEL IN HET GEBIED BE GRENSD DOOR DE ADRIAAN VAN BERGENSTRAAT, PRINSENKADE, HAAGDIJK EN DIESTSTRAAT. De heer W. VAN DONGEN Op zich is dit een belangrijke stap in deze buurt. Zowel de heer Goos als de heer Van den Wijngaart hebben herhaalde ma len hierover vragen gesteld in de vorige raadsperiode en ook aan het begin van deze periode. Ik denk dat het van be lang is dat handhaving van de controle, zowel tijdens de pe riode dat het vergunningsverhaal geldt als buiten die ver gunningsuren tijdens het weekend, een zeer zwaar punt is. Naar aanleiding van een eerdere toezegging door de porte feuillehouder dat overleg met de buurtbewoners gestart zou worden over de verdere inrichting van het gebied, willen we vragen wanneer daaraan invulling wordt gegeven? De heer GARRITSEN Invoering van een - vergunningenstelsel in dat gebied is op zich een goede zaak. Probleem is dat de tijden waarop het geldt te beperkt zijn. Met name voor bewoners zou het heel goed zijn om dat tot vierentwintig uur te laten doorlopen, omdat je vaak ziet dat je je auto daar niet kwijt kunt. En een andere opmerking betreft een toezegging die heer Wels- chen voorheen in mijn richting heeft gedaan en die wethou der Rattink een keer heeft herhaald. Het ging erom dat toen we de Tolbruggarage daar neerzetten de toenmalige P.S.P.-frac tie zo dom was om daartegen te zijn. Want daarmee zou je de parkeeroverlast kunnen aanpakken. Ik heb sinds de openstel ling van de Tolbruggarage alleen maar toename van de ver keersoverlast in dit gebied gezien. Ik vraag me af wat van die toezegging, die door twee P.v.d.A.-wethouders is ge daan, overeind is gebleven. Wethouder RATTINK Allereerst denk ik dat dit parkeerterrein pas is aangelegd, lang nadat de Tolbruggarage al bestond. Het punt waar het hierom draait is, dat de raad indertijd heeft gesteld dat uitbreiding van een parkeervergunningenstelsel niet aan de orde was. We hebben in het structuurplan voor de binnen stad, zeker door de toenemende problemen, gesteld dat je in feite het hele gebied binnen de singels onder het regime van betaald parkeren zou moeten brengen en in de woonbuur ten duidelijk het vergunningenstelsel zou moeten instellen. We hebben dit gebied wat vooruit geschoven, gezien de druk die er op het parkeerterrein achter de flats van de woning-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 371