30 oktober 1990
459
lijk de vraag wat je beschouwt als beleid of wat je beschouwt
als uitvoering van beleid. En natuurlijk bij politiek gevoelige
onderwerpen ben je snel geneigd om dan te zeggen dat het gaat
om beleid. Dan kun je natuurlijk de vraag stellen: stel dat we
absoluut niet over zouden gaan tot delegatie en mandatering
maar dat we alles aan het college houden, voorkom je dan een
aantal fouten? Ik denk dat dat niet het geval is. Ik denk dat
ook bij een zeer terughoudend delegatie- en mandateringsbeleid
er altijd fouten zullen worden gemaakt, ook door het college.
Ik denk dan ook niet dat noch positief noch negatief het middel
van delegatie en mandatering moet worden aangegrepen om fouten
te voorkomen. Als het college delegeert aan het ambtelijke appa
raat dan zullen er heldere randvoorwaarden moeten zijn gesteld,
die ook politiek zullen moeten worden bediscussieerd in de raad
e.g. in het college en vervolgens is het de politieke verant
woordelijkheid van de wethouders om toe te zien op de wijze
waarop die delegatie en mandatering door de ambtenaar wordt uit
gevoerd. In een gemeente van de omvang van Breda, 125.000 inwo
ners bijna, is het mijn mening dat het college een groot aantal
van de dagelijkse uitvoeringstaken dient te delegeren e.g.
dient te mandateren. Het is onmogelijk voor het college om
zich bezig te houden met een groot aantal uitvoeringszaken.
Je moet ook in dat opzicht kunnen vertrouwen op het ambtelijke
apparaat. Als dan zou blijken dat er stelselmatig fouten worden
gemaakt op een bepaald terrein, dan zal een college daaraan po
litieke conclusies moeten verbinden en dan zul je je op basis
daarvan moeten herbezinnen over de wijze waarop je gaat delege
ren of mandateren. Maar ik ga ervan uit dat er vertrouwen moet
bestaan, ook tussen het college en tussen de top van het ambte
lijke apparaat, en dat je dus in dat opzicht in goed vertrouwen
moet kunnen mandateren en moet kunnen delegeren. Maar we zullen
daarover met elkaar denk ik nog uitgebreid spreken. Ik zie die
discussie met genoegen tegemoet. Vooral omdat het college vindt
dat zij de komende jaren, zeker gezien die belangrijke ontwikke
lingen, zelf ook bezig moet zijn met de hoofdpunten van beleid
in Breda en vooral ook omdat wij overtuigd zijn van de kwali
teit van het ambtelijk apparaat en daarbij behoort ook natuur
lijk dat het ambtelijk apparaat het college zal moeten attende
ren op, en zal kunnen invoelen, welke politiek gevoelige zaken
er zijn. Ambtenaren worden in principe ook daarvoor ingehuurd
en zullen dat dus ook bij een aantal onderwerpen moeten melden
aan het college. De heer De Leeuw heeft gezegd dat we die
100.000,moeten zien als een indicatie. Ik stel vast dat we
niet meer dan 100.000,hebben uitgetrokken en ik zou daarom
ook nog niet willen meegaan met Uw voorstel om die thans al te
bestemmen voor dat raadsinformatiesysteem. Het idee van het col
lege is dat ze eerst met elkaar discussiëren over een notitie
over bestuurlijke vernieuwing en vervolgens gaan we met elkaar
praten over de invulling van die 100.000, Wat betreft de
bestuurlijke vernieuwing zal voor een deel de aanzet worden ge
geven door het college, voor een andere deel zullen wij de frac
tievoorzitters heel binnenkort verzoeken om namens hun fracties
kenbaar te maken aan welke onderwerpen men denkt. Dat geheel
zal in elkaar worden geschoven, wat dan zal resulteren in een