1 november 1990
508
missies waarnaar wij hebben gevraagd. Commissies op zich
zijn geen doel, dat zult U begrijpen, en de toezegging die
U op dat gebied heeft gedaan om de zaken te behandelen bij
het fractievoorzittersoverleg en in de commissie A.Z. is
voor ons voldoende. Het ging er ons met name om duidelijk
te maken dat die zaken in gang moeten worden gezet en dat
een aantal dingen zeer snel afgerond moet worden. Wat de
100.000,betreft en de invulling, wat dat aangaat, is
het raadsinformatiesysteem voor ons ook een voorzet geweest
en daarbij hebben wij niet gesteld dat dat nadrukkelijk een
geautomatiseerd raadsinformatiesysteem zou moeten zijn. De
vergelijking in dezen met Den Haag als voorbeeld erbij
klopt dan ook niet helemaal. Daar gaat men een stukje ver
der met het geautomatiseerde informatiesysteem. Er is daar
eerder sprake van een burgerinformatiesysteem en dat is een
zaak, denk ik, die pas op langere termijn mogelijk kan wor
den in Breda. Wij onderschrijven Uw betoog over mandatering
en delegatie en ik begreep dat de V.V.D.-fractie wat dat be
treft ook Uw betoog mede kan onderschrijven. U heeft daar
bij de bal ook een beetje teruggespeeld naar de raad. U
zegt op een gegeven moment ook: het is aan de raad om zich
te beperken in het vragen van opdrachten die worden doorge
geven aan het ambtelijk apparaat. Mag ik er daarbij op wij
zen dat er ook aan de andere kant van de tafel bij de porte
feuillehouders een verantwoordelijkheid ligt om te zorgen
dat het wordt doorgesluisd? Zij zijn beter op de hoogte van
de werkdruk en zij zullen ook een soort selectie moeten ma
ken van wat wel in een nota of notitie moet worden omgezet
en wat anders kan worden afgehandeld.
De VOORZITTER
Voor alle duidelijkheid: het gaat mij vooral om de druk op
het ambtelijk apparaat. U had een vergelijking tussen kwali
teit en kwantiteit en we zijn het in dat opzicht met elkaar
eens. Ik heb alleen maar willen zeggen: naarmate we meer
vragen komt de kwaliteit gewoon onder druk. Ik zie dat de
afgelopen vijf maanden in de praktijk. Als je bepaalde afde
lingen blijft bestoken en dat doen we allemaal, ook de wet
houders en de burgemeester doen daar aan mee, dan heeft dat
op den duur gevolgen, ook voor de snelheid van werken. In
dat opzicht moet je, als je op hoofdlijnen wil besturen, je
altijd afvragen of je de zaken ook op een andere manier
kunt ophelderen. Dat werkt dikwijls even efficiënt.
De heer DE LEEUW
Daarin zijn wij het helemaal met elkaar eens. De aandacht
die het milieu in Breda krijgt is groot en als je de verge
lijking maakt met de rest van Nederland dan kun je wel zeg
gen dat die zeer groot is. Het feit, dat over de gemeente
grens heen vaak naar Breda wordt gekeken hoe hier wordt om
gegaan met het milieu en het milieubeleid, spreekt op zich
al boekdelen. En in feite mogen we daarop zeer trots zijn.
Wij waren ook erg blij verrast om te vernemen dat er een mi
lieuzorgsysteem voor alle gemeentelijke gebouwen in de maak