1 november 199 0 514 kei 19 doen, dan is het gat veel te groot. En dan zeg je: hoe haal je dat in? Ik denk dat ik al jaren lang bezig ben geweest om eens een planning te vragen, namelijk: hoe gaat dat nu? Bestemmingsplannen in de binnenstad bestaan er nau welijks, behalve de 96 voor detailhandel, die hele kleine postzegelplannetjes. Maar de grote bestaan nog steeds niet na dat oude structuurplan van wethouder Van Dun. Dus 10 jaar lang is er in feite niets gebeurd en dan denk ik dat je niet in mijn richting moet komen met: hoe moet je het nog eens zorgvuldig oplossen? Ik denk dat je dan je eigen wethouder moet aanspreken. De vraag De heer KOEKKOEK Vindt U dan ook, mijnheer Garritsen, dat we daarvoor ton nen, misschien wel een miljoen, moeten uittrekken om een aantal externe bureaus in te huren om al die plannen dan in razend tempo te maken en de zorgvuldigheid in discrediet te brengen? De heer GARRITSEN Dat is juist het probleem. Op het moment dat je de afdeling ruimtelijke ordening dermate hebt gesnoeid, door Uw voorgan gers overigens, en daarop is bezuinigd, zonder dat we duide lijk wisten De heer KOEKKOEK Uw historisch besef is enigszins selectief. Dat geeft niet. Ik vind dat het Uw goed recht is om dat te hebben, maar wilt U het eventjes bij het nu houden? De heer GARRITSEN Het gaat er niet om dat we op dit moment geen bestemmings plannen hebben, maar het is al 10 jaar lang in feite niet ontwikkeld en daar gaat het om. Als je die zaak dan aan kaart zegt men steeds: we gaan met artikel 19 maar verder. Dus je hebt een x-aantal jaren laten liggen en dan moet je niet in mijn richting komen zeggen: hoe los je dat nu op dit moment op? Je laat het gigantisch uit de hand lopen en vervolgens ga je zeggen tegen de partij die iedere keer zegt: kom nu eens met een plan en geef eens aan wat je kunt, hoe ga je het dan zorgvuldig doen? Ik vind dat vol strekt onjuist. De C.D.A.-fractie vraagt zelf: kom nu eens met een planning. In de raad of in de commissie heeft de wethouder in mijn richting al gezegd, er is een planning. Het enige wat ik weet is dat er een overzicht is, maar on der een planning versta ik hetzelfde als waarnaar de C.D.A.-fractie vraagt: aangeven met data wanneer bepaalde zaken gaan komen. U zegt steeds: dat kan niet. Ik denk dat je als je over een outputbegroting praat, die output maar eens moet aangeven, wat je wel en niet kunt realiseren. Ik denk dat het van heel groot belang is voor de rechtszeker heid van de bevolking en ook voor de invloed die een gemeen teraad heeft op het ruimtelijke beleid, dat wij die bestem mingsplannen gaan vaststellen op het moment dat wij nog

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 514