1 november 1990 517 ring' een ander woord gebruikt en gerept over 'het beheer'. Ik denk dat het op zich ook een handzame term is, beheer en uitvoering hangt - denk ik - in de praktijk van het gemeen telijke beleid nauw met elkaar samen. De kern van zijn ver haal is eigenlijk dat hij zegt: bepaalde ontwikkelingen mo gen niet te snel tot beleid of tot beheer worden verklaard (of tot uitvoering in onze termen) en het college moet daar een bepaald gevoel voor ontwikkelen. Ik heb in mijn ant woord eergisteren in eerste termijn gezegd dat ik vind dat het ook aan de ambtenaren is om, als het gaat om zaken die zijn gedelegeerd of die zijn gemandateerd, die fijne neus daarvoor te hebben. Ik stel vast dat dat in zijn algemeen heid ook op een uitstekende manier gebeurt, maar ik heb ook vastgesteld dat er, hoe we verder ook omgaan met deze mate rie, altijd fouten kunnen worden gemaakt. Dat is inherent - gelukkig - aan het menselijk functioneren en de zaak is ge woon om het aantal fouten zo min mogelijk of zo gering moge lijk te doen zijn. In dat opzicht zullen we ons best doen en ben ik ervan overtuigd dat het ambtelijke apparaat ook graag in de geest van de heer Taks, althans als het om dit punt gaat, zal wensen te opereren. Verder komen we op deze materie uitgebreid met elkaar terug, te beginnen met de com missie algemene zaken in november. De vraag van de heer De Leeuw was geen vraag voor mijHet was een vraag voor de heer Sandberg. Het ging over het raadsinformatiesysteem. De heer Garritsen heeft de vraag gesteld over het erosievanda- lisme. Daarop zal mevrouw Rattink, omdat ze het ook in eer ste termijn heeft gedaan, verder ingaan, als zij daaraan be hoefte heeft. Hij blijft stellen dat onderbouwing van de 250.000,te mager is. Ik begrijp het aldus, dat U zegt: men had precies moeten aangeven waarom bijvoorbeeld geen miljoen gulden is uitgetrokken of 500.000,Die 250.000,zijn in dat opzicht gewoon een resultante van de prioriteit zoals die door de coalitiepartners aan de pre ventie is gegeven en de resultaten van de begrotingsonder handelingen. Wij denken in ieder geval dat we met de be staande bedragen zoals die de afgelopen periode zijn uitge trokken en met de 250.000,goed aan de slag kunnen. Als dat te weinig is dan zal ik de eerste zijn om dat als coör dinator binnen het college ook te melden en dan krijgt U on getwijfeld bij de kadernota daarvoor eventueel de nieuwe re kening gepresenteerd, maar dat zal eerst moeten blijken. Wij denken voorshands dat we met dit bedrag uit de voeten kunnen. Wethouder SANDBERG Van mijn kant drie korte opmerkingen. De heer Koekkoek heeft nog een keer bevestigd dat de streefcijfers voor 1990 zouden moeten worden bijgesteld in 1991. Ja, dat is duide lijk. Aan de andere kant wil ik wel zeggen dat het duide lijk ook een taakstellend karakter moet hebben. Dat bete kent dat ik er toch aan vast blijf houden dat we realiseer bare cijfers met elkaar moeten weten te vinden. Daarover zullen we met elkaar zeker praten aan de hand van de socia-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 517