20 DECEMBER 1990
566
AANWEZIG: DE HEREN E.H.T.M. NIJPELS, VOORZITTER; A.C.A.M.
ADANK, WETHOUDER; DE DAMES J.M.A. VAN BERGEN-NIJEHOLTL.
VAN BEUSEKOM-NIXDE HEER C.P.M. BLOMMERS, MEVROUW M.J. BOI-
DIN-VAN HOEVE, DE HEER J.L. BOKKELKAMP, MEVROUW J.M.J. BROS-
KY-WESTDORP, DE HEER E. DE BRUIJN, WETHOUDER; MEVROUW
E.Z.G. VAN DE CASTEELE, DE HEREN N.M.E.C. DERIJCKEREH.C.
VAN DONGEN, W.P. VAN DONGEN, C.C.W. DUBBELMAN, W.M.M. VAN
FESSEM, N. GARRITSEN, J.P.M. GOOS, J.H.A. VAN GURP,
W. HAARTMAN, DE DAMES M.P. HEERKENS, M.M.C.W. HEESSELS, DE
HEREN A.W. KOEKKOEK, E.J.M. DE LEEUW, F.L. MAAS, H.A. MAR
TENS, J.P.E.M. MEEUWISSENMEVROUW A.W. NEEB-WIEGERSMADE
HEER N.G.M. VAN OS, DE DAMES C. PELLIS, L. PRINS-MULDER, DE
HEREN H.J.F. VAN RAAK, WETHOUDER; F.L.M. RÖMKENSWETHOU
DER; R.G.P. SANDBERG, WETHOUDER; H.L. SINKE, P.J. VAN DE
STEENOVEN, J.P.W.A.A.M. TAKS, MEVROUW J. WOUTERS-KOOTSTRA,
DE HEER M.P.W.C. VAN VEEN, SECRETARIS.
AFWEZIG: DE HEER J.O.E. BOER, DE DAMES V.M.J.B. VAN OOSTER
HOUT, E.W. RATTINK, WETHOUDER.
De VOORZITTER opent de vergadering om 19.3 0 uur met het ge
bed.
De VOORZITTER
Er is bericht van verhindering binnengekomen van mevrouw
Neeb, in die zin dat mevrouw Neeb wat later op de vergade
ring zal verschijnen. Ik kan U inmiddels mededelen dat van
daag het Koninklijk Besluit is afgekomen van de benoeming
van de heer Neeb, ambtenaar van de gemeente Breda, tot bur
gemeester van Oudenbosch. Dat betekent dat mevrouw Neeb nu
naar alle waarschijnlijkheid of aan de gebakjes of aan de
borrel zit. Misschien dat wij daarvan mee kunnen profite
ren, maar dat zal het eind van de avond uitwijzen. Wij wen
sen in ieder geval de heer Neeb veel succes bij het vervul
len van de vacature zoals die in Oudenbosch was ontstaan.
Het zal naar ik vrees op termijn betekenen dat mevrouw Neeb
de raad van Breda zal gaan verlaten, maar daarover zal zij
ongetwijfeld te zijner tijd zelf mededelingen doen. De heer
Neeb is benoemd met ingang van 16 januari 1991.
A. BEëDIGING VAN DE RAADSLEDEN, DE HEER F.L. MAAS EN ME
VROUW E.Z.G. VAN DE CASTEELE.
De VOORZITTER
Allereerst is aan de orde de beëdiging van een tweetal
raadsleden. Ik vraag aan de secretaris of de beide raadsle
den aanwezig zijn. Dan stel ik voor dat wij de heer Maas
vragen hiernaar toe te komen. Ik verzoek U allemaal te gaan
staan. Ik zal respectievelijk de beide beloftes voorlezen
en dan verzoek ik U dat te verklaren en te beloven wat U
goedvindt. Dat betekent dat U de eerste keer zegt: "dat ver
klaar en beloof ik" en de tweede keer: "dat beloof ik". "Ik
verklaar dat ik om tot lid van de raad te worden benoemd di-
rectelijk of indirectelijk aan geen persoon onder wat naam