20 DECEMBER 1990
568
dig van basispolitiezorg in de vorm van wijkteams. Het stre
ven naar een zo groot mogelijke personele inzet in relatie
tot materiële voorzieningen en een alert vacaturebeleid is
een goed uitgangspunt. Voor dit laatste hebben wij in het
verleden ook regelmatig aandacht gevraagd. Wij willen daar
bij wel benadrukken dat niet alleen het aantal inzetbare
mensen van belang is, maar evenzeer de werkomstandigheden
en motivatie van de korpsleden. Evenals in het afgelopen
jaar zal er in de komende periode een groot beroep worden
gedaan op hun flexibiliteit om een totaal andere werkwijze
tot een succes te maken. Zeker nu de wijkbureaus niet op de
aanvankelijk geplande tijd in gebruik kunnen worden geno
men. Een geordende en veilige leefomgeving voor alle Breda-
naars: daar streven wij samen naar. En met dat "samen" is
ook met name de medeverantwoordelijkheid van burgers be
doeld. Wij verwachten dat die gestalte krijgt in een toena
me van de samenwerking met de politie. De eerste evaluatie
van beleidsdoelstellingen en bereikte resultaten zal moeten
aantonen dat wij met dit beleidsplan en de nieuwe werkwijze
via jaarlijks bij te stellen werkplannen per wijk op de goe
de weg zitten. En daar hebben wij alle vertrouwen in.
De heer KOEKKOEK
Ik wil beginnen met een woord van waardering uit te spreken
aan het politiekorps dat inderdaad na een zeer intensief
jaar nu een korpsbeleidsplan heeft kunnen presenteren waar
bij de korpsleiding en zeker ook de dienstcommissie, ja,
toch zeker!, onze dank moeten hebben. Eén opmerking nog
over het rapport Andersson. Zoals ik in de commissie al
zei: met dat rapport voor kennisgeving aan te nemen sluiten
wij een periode af en kunnen wij aan de slag met onze eigen
nieuwe koers en die koers moeten wij dan ook zeer zeker
goed vasthouden. Een belangrijk punt voor de P.v.d.A.-frac
tie is toch bladzijde 29 van het korpsbeleidsplan waar het
korps een viertal doelstellingen zeer nauwkeurig heeft ge
formuleerd. In de commissie is al duidelijk geworden dat
dat aan de ene kant moedig is, maar aan de andere kant ook
bijzonder kwetsbaar is voor het korps. En ik wil hier graag
de hoofdcommissaris, zoals hij daar ook om heeft gevraagd,
toezeggen dat de P.v.d.A. zeer zeker tolerant zal zijn als
zou blijken dat niet meteen in één jaar al deze doelstellin
gen kunnen worden behaald. Uiteraard zijn wij zeer geïnte
resseerd in de evaluatie die is toegezegd om na een jaar te
kijken waar wij dan eventueel wel staan. Een drietal elemen
ten uit het korpsbeleidsplan wil ik nog even memoreren. In
de eerste plaats de positie van de etnische minderheden.
Bij gelijke geschiktheid mensen uit de etnische minderheden
benoemen, maar daar moet dan wel aan worden gewerkt. Die ge
lijke geschiktheid is er niet zomaar en is er zeker niet au
tomatisch, waardoor mensen regelrecht hier vandaan naar de
politieschool kunnen. Ik doe een klemmend beroep op U om
het daarheen te leiden, dat het korps op allerlei mogelijke
manieren probeert etnische minderheden voor te bereiden
voor de politie-opleiding. Een tweede opmerking over de