2 0 DECEMBER 1990
582
weest. Toen was de heer Konings niet aanwezig. Toen had U
die opmerking moeten maken. En nu moet U ons niet verwijten
dat wij niet voor het personeel opkomen. Het tegendeel is
waar.
De VOORZITTER
Er wordt in ieder geval wel nu gedebatteerd in de raad. En
dat is mooi. Dat neemt niet weg dat nu de wethouder aan het
woord is. Als hij dat wenst althans.
Wethouder SANDBERG
Het gaat goed met de B.S.W., maar laten wij zelfs maar de
schijn vermijden dat zulks te danken zou zijn aan de ABVA
KABO of aan de inzet van Groen Links.
De VOORZITTER
Dan gaan wij nu over tot
De heer GARRITSEN
Ik wilde graag een hoofdelijke stemming, voorzitter.
De VOORZITTER
Ja, ik wil nu overgaan tot besluitvorming. Dan had ik die
vraag aan U gesteld, maar U was mij al voor. Dat betekent
dat wij nu een aantal stembiljetten zullen gaan uitdelen.
Eerst zal ik overgaan tot de benoeming van het stembureau.
Ik wijs als stembureau aan de heer W. van Dongen, die met
deze eerste aanwijzing tegelijkertijd ook voorzitter is van
het stembureau, mevrouw Van Beusekom en mevrouw Prins. Ik
verzoek het stembureau zo dadelijk een aanvang te nemen met
de werkzaamheden. De stembriefjes kunnen nu worden rondge
deeld.
SCHORSING
De VOORZITTER heropent de vergadering.
De heer W. VAN DONGEN
Allereerst de keuze tussen mevrouw J. Jansink en mevrouw H.
Dammer-Noorman. Op mevrouw J. Jansink zijn uitgebracht: 7
stemmen en op mevrouw H. Dammer-Noorman: 25 stemmen. Tegen
beiden: 3 stemmen.
De VOORZITTER
Ik stel vast dat daarmee mevrouw Dammer-Noorman is benoemd.
De heer W. VAN DONGEN
Op de vacature betreffende de keuze tussen de heer D. van
Dommele en de heer M. Gorissen, of tegen beiden, zijn uitge
bracht op de heer D. van Dommele: 2 3 stemmen en op de heer
M. Gorissen: 11 stemmen. Tegen beiden: 1 stem.
De VOORZITTER
Ik stel vast dat de heer Van Dommele is gekozen.