2 0 DECEMBER 1990
615
eigen agenda. Maar ik maak U er alleen maar op attent. U
ziet, ik begin het al te leren.
292. HERZIEN TAAK- EN BEVOEGDHEIDSVERDELING OP HET TERREIN
VAN DE SOCIALE ZEKERHEID.
293. GEDEKT-VERKLARING BESLUITEN SOCIALE ZEKERHEID.
Akkoord.
294. MINIMABELEID IN 1991.
Mevrouw BROSKY-WESTDORP
Heel kort. Slechts een opmerking van complimenteuze aard.
Het rapport dat hierbij hoort is helder en duidelijk en het
was een prima stuk. Daaruit blijkt dat de voorlichtingsas
pecten een zodanige goede aanpak en uitvoering hebben gekre
gen dat mede daardoor het tot dusver gevoerde beleid met be
trekking tot de minima een succes is in zoverre. Met name
de open balie-functie heeft mede door de voorlichtingsacti
viteiten in korte tijd een eigen plaats verworven. Ik zou zo
zeggen: college, ga zo door. Ik vraag alleen Uw aandacht in
het komende jaar voor het project moderne armoede.
Mevrouw HEERKENS
Het minimabeleid 1990 is in tegenstelling tot 1989 succes
vol geweest. Eén van de kritiekpunten die men nogal eens
hoort ten opzichte van gemeentelijke fondsen of regelingen
in het kader van het minimabeleid, is de onderbenutting van
dit soort initiatieven. Dat is in Breda gezien het gebruik
van de bijdrageregelingen niet het geval geweest. Het voor
lichtingsbeleid is hierbij essentieel geweest en zal ook
structureel moeten worden voortgezet naar de toekomst. De
vraag die nu nog blijft liggen is, of in de toekomst moet
worden doorgegaan met dergelijke locale instrumenten, of
dat decentralisatie van bijzondere bijstand hèt maatwerk
kan gaan bieden om de meest kwetsbare groepen te bereiken.
Zoals het er nu naar uitziet zullen de Bredase regelingen
niet onder de bijzondere bijstand gebracht kunnen gaan wor
den. Dat is jammer omdat wij juist met deze bijdrageregelin
gen ervoor kunnen zorgen dat aanvullende financiële midde
len worden gesluisd naar de meest kwetsbare personen. Een
aanvullend minimabeleid zal dan ook voorlopig noodzakelijk
blijven en zal ook een financiële vertaling moeten krijgen.
Ons inziens is het tegenramen van de ontvangen gelden in
het kader van de decentralisatie bijzondere bijstand in dit
licht discutabel. Een andere problematiek ligt in een nieu
we lastenverzwaring op het terrein van de milieuzorg en
daar tegenover een drastische herziening van de kwijtschel
dingsnormen, waarbij wij ons afvragen of het kwijtschel-
dingsbeleid feitelijk nog een instrument te noemen is van
het gemeentelijke minimabeleid. Dat is een zorgwekkende ont
wikkeling gezien de verzwaring op het gebied van de gemeen
telijke belastingen met name in de milieusector. De oplos-