2 0 DECEMBER 1990 634 over "het handen en voeten geven". Mijn fractie denkt dat het noodzaak is om dat inderdaad te doen, zodat die hele zaak wat meer body krijgt en wij dus in de toekomst zoals U ook heeft gezegd dit soort zaken kunnen voorkomen. Even nog ingaand op de motie. Ik weet niet of dat nu aan de orde is. Neen, de motie is nog niet aan de orde hè? De VOORZITTER Als U daaraan behoefte heeft, dan lijkt het mij wel zo effi ciënt. Mevrouw BOIDIN-VAN HOEVE Ik wil hier dit over zeggen: in de toezeggingen die nu zijn gedaan door de wethouder kunnen wij ons op dit moment vin den en aan de motie hebben wij op dit moment geen behoefte. De heer DE LEEUW Even kort. Punt één. Wij willen graag alsnog een toezegging dat er voortaan met dossiervorming gewerkt gaat worden zo als wij dat bedoelen, om te voorkomen dat wij weer onaange naam verrast gaan worden. Punt twee. De stappen die worden ondernomen om dit soort zaken te voorkomen: ik begrijp dat deze ook worden toegezegd en dat daarmee in ieder geval in januari wordt begonnen. Punt drie. De laatste vraag die wij hebben gesteld betrof het bouwplan, het historisch bouw plan, zoals dat zou moeten worden gerealiseerd. Ik vind de ze vraag wat aan de magere kant beantwoord. Wat voor garan ties worden er nu voor gegeven dat dat gerealiseerd kan wor den? De heer KOEKKOEK Ik ben het eens met de wethouder als hij zegt dat de commis sie voor bezwaar- en beroepschriften een interpretatie geeft van de feitelijke ontwikkelingen en uiteraard is het dan ook de raad, die op basis van die aangedragen interpre tatie uiteindelijk een besluit neemt. Het is echter zo, dat zal U ook in de commissie niet geheel onduidelijk zijn ge weest, dat de P.v.d.A.-fractie het college graag houdt aan haar besluit van juli. Wij vonden dat een uitstekende en zelfs moedige stap van het college en wij willen dat het college daarbij blijft. Wat dat betreft zal de fractie van de P.v.d.A. minus de heer Van Raak tegen het voorstel van het college stemmen. Ik ben blij met Uw toezegging dat U ook hier nadrukkelijk aangeeft om in januari structureel tussen de sector cultuur en bouw- en woningtoezicht een aan tal afspraken te maken en ik hoop van harte dat dan de in breng van de sector cultuur een sterke inbreng mag zijn om onze monumentennota te doen uitvoeren. Tenslotte, richting fractie Groen Links: de motie die U heeft ingediend heeft bij mijn fractie niet het gevoel opgeroepen daarvoor te moe ten stemmen. We hebben daaraan geen behoefte. De heer GARRITSEN

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 634