6 MAART 1990 75 genlijk de wenselijke hoogte van de investering en van het onderhoudsniveau? Ik herinner daarbij met name ook aan de nog openliggende vragen rondom het rioolstructuurplan en de vijf gulden per jaar-problematiek. Ik zou graag willen ver nemen hoe het daarmee op dit moment staat. Tevens zou ik van U willen horen, als dat kan, hoe het staat met de be slissing rondom de geblokkeerde f 666.000,een bedrag waarover wij een aantal maanden geleden gesproken hebben waarna wij de blokkade hebben ingelegd. Bovendien hangt nog boven de markt, maar dan in positieve zin bedoeld, een ex tra investeringsimpuls uit het regeerakkoord. Gaarne ver neem ik ook van U hoe het daarmee staat. Nogmaals, het ging dus financieel beter en dat betekende dat ondermeer de vrij inzetbare reserves opliepen tot een saldobedrag van f 15,8 miljoen. Ik roep nog even in herinnering het bedrag dat ik net noemde: f 35 miljoen negatief. Het is een gigantische sprong voorwaarts. Daarbij komt nog als redelijk recente ontwikkeling het verwachte vrijvallen van de I.H.M. (Indus trie- en Havenschap Moerdijk)-blokkering van f 1,6 miljoen, maar na deze wellicht wat positieve geluiden wil ik toch nog een paar realistische geluiden laten horen, in de zin van zaken die we ook moeten meenemen. Ja, het andere was ook realistisch, hoor. Er zijn nog een hoop dingen die we moeten doen en die zaken kunnen lang niet altijd uit de lo pende middelen bekostigd worden. Ik haal hier naar voren: de wegenproblematiek, inclusief de zuidelijke rondweg. Wel licht kunt U vertellen hoe het daarmee op dit moment staat. Het groenstructuurplan, het verlichtingsplan (ook de heer Koekkoek heeft al gevraagd hoe de stand van zaken daarin was. Ik zal dat graag willen herhalen) Het reeds genoemde Rioolstructuurplan, de schouwburg, het stedelijk museum en de bibliotheek in de Haagse Beemden. Er zijn ook nog wat ri sico's die afgedekt moeten worden. Zeer recentelijk hebben we met betrekking tot de hogescholen een brief mogen ontvan gen waarin een bedrag van f 5,8 miljoen, het bedrag dat de gemeente Breda op tafel legt, genoemd is. De ontvangst van die brief is conform de toezegging. Ik zal nu niet inhoude lijk diep daarop ingaan. Er komt nog een uitgebreide discus sie over dit onderwerp, neem ik aan. Ik wil alleen maar ver melden dat naar het oordeel van het C.D.A. de getallen die nu op tafel liggen een logisch gevolg lijken te zijn van de keus die we gemaakt hebben om de hogescholen voor Breda te behouden. Ik wil U ook nog als risico noemen- en ook daar aan gaarne de vraag toevoegen hoe het ermee staat- de decon centratie van de woonwagens. Dit. is ook een problematiek die natuurlijk al enige tijd loopt. Betreffende enkele on derwerpen zal het C.D.A. -in ieder geval zoals we nu er te genaan kijken- geen risico-uitbreiding accepteren, name lijk zaken waarvoor financiële marges zijn vastgesteld in het recente verleden. Ik noem U er daarvan twee: het stads kantoor en de reorganisatie bij de politie. U hebt daarover in het verleden ook al heel duidelijk de standpunten van het C.D.A. vernomen, maar het leek me juist om ze hier nog even te noemen. Dat alles betekent dat we keuzen moeten ma ken de komende tijd zowel voor wat betreft de inzet van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 75