2 MEI 1991 135 leg binnen de groep in het kader van het buurtbeheer, maar óók met directe betrokkenen. Onze fractie heeft over deze zaak uitvoerig beraad gevoerd en we komen tot de volgende drie vragen aan het college. Kan het college ons toezeggen dat het door ons bedoelde gesprek alsnog op zeer korte ter mijn, daar bedoelen we mee in de maand mei, uiterlijk de maand juni, met de omwonenden zal plaatsvinden? Dat in de verdere procedure tot de bouw van de Hogeschool de gemeente alles in het werk zal stellen om in goed overleg met de omwonenden en de door hun gevreesde gevolgen van de vesti ging zullen worden besproken en dat, zoals U ook reeds eer der heeft toegezegd in een brief van 28 september 1990 maar dan nu in een later stadium, de resultaten van dat overleg zullen worden meegenomen bij de besluitvorming door Uw col lege en raad inzake de maatregelen die genomen moeten wor den, ten einde te kunnen constateren waartoe de overlast, zo die uit dat overleg duidelijk wordt, zal moeten leiden. En ten derde, dat de commissie ruimtelijke ordening en ver voer periodiek op de hoogte wordt gehouden van de ontwikke lingen in het gebied en de resultaten van het overleg. De heer KOEKKOEK Mijnheer Derijckere, bij interruptie, ik vind het een roe rend verhaal, ik krijg er bijna tranen van in mijn ogen. Mag ik zo meteen ook zo'n roerend verhaal verwachten als het gaat om de omwonenden van Concordia? Dat heer VAN FESSEM Dat zult U aan de wethouder moeten vragen. De VOORZITTER Dat onderwerp is thans nog niet aan de orde. Ik begrijp Uw verlangen om dat onderwerp snel af te handelen, maar U moet nog even geduld hebben. We hebben nog de hele avond de tijd daarvoor. Mevrouw VAN BERGEN-NIJEHOLT Dit voorbereidingsbesluit zet de procedure in gang voor de komst van de Hogeschool in Breda en onze fractie is daar heel tevreden over. Wij vinden dat een erg positief feit. Maar gelijk daarmee willen wij ook onze zorg uitspreken voor het behoud van de leefbaarheid in deze buurt. En ik wil U wijzen op het bouwvolume, dat in de laatste jaren in deze omgeving al erg is toegenomen. Ik hoef alleen maar naar de Claudius Prinsenlaan te verwijzen. Met dat bouwvo lume nemen natuurlijk ook de verkeersbewegingen toe in de buurt en de Hogeschool zelf zal als die daar eenmaal is ge bouwd ook verkeer aantrekken en zelfs vrij veel verkeer aan trekken. Mijn concrete vraag vanavond is hiermee tevoren re kening te houden. Ik noem daarbij voor de parkeerplaatsen het aantal van 3 00, dat in de aanvankelijke tekeningen was gesitueerd en dat naar onze mening veel te weinig is. Ik heb begrepen dat daarin enige rek zit en ik hoop dat die rek ook zal worden gebruikt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 135