2 MEI 1991
164
Wethouder RATTINK
Op alle onderlinge discussies zal ik verder maar niet in
gaan. Voor wat betreft de politieke beoordeling denk ik dat
het college die gemaakt heeft en gezegd heeft dat hier wel
degelijk sprake is van die aantasting van het woongenot, zo
als de heer Van de Steenoven dat noemde. Ook in het eerdere
raadsbesluit waar tot uitbetaling aan bewoners van de Jacob
Catssingel is overgegaan, staat uitdrukkelijk vermeld, dat
het college ten principale bereid is schadevergoeding toe
te kennen en dat het nader advies van de schadebeoordelings-
commissie basis zal zijn voor toekenning van die schade. En
nogmaals, in eerste instantie is er ook gesproken over het
feit dat daar inderdaad van schade sprake zou zijn. Dus dat
is een beoordeling die wel degelijk ook aan deze kant gele
gen heeft. Het is inderdaad zo dat de raad
De heer VAN DE STEENOVEN
Bij interruptie, betekent dat dat het college van mening is
dat daar waar het uitzicht door rijtjes coniferen wordt
weggenomen, er dan ook sprake is van schadevergoeding? U
zegt dat het concreet woongenot is aangetast. Maar ik moet
gewoon vaststellen dat daar een aantal woonwagens is ge
plaatst, de mensen hebben allerlei groenvoorzieningen aange
bracht, nog voordat ons besluit van vorig jaar is gereali
seerd en dan vraag ik me af: wat is er feitelijk aan woonge
not aangetast in vergelijking met andere plaatsen in de
stad?
Wethouder RATTINK
Juist daarvoor hebben wij indertijd een schadebeoordelings-
commissie ingesteld, om te beoordelen of daar van planscha-
de sprake zou zijn. Het excessiviteitsbeginsel
De heer VAN DE STEENOVEN
Van een waardevermindering, maar niet van woongenot! De
waardevermindering daar
Wethouder RATTINK
De waardevermindering op basis van een veranderde situatie
voor de woningen. Dat zal iedere keer een punt van discus
sie zijn, zeker als U straks in de raad aan de hand van de
nieuwe verordening van gedachten moet wisselen over het
feit of U bij verdere voorkomende gevallen vindt of het een
algemeen maatschappelijk aanvaardbare wijziging betreft, of
er dan sprake zal zijn van schade, is een discussie die
voortaan hier in de raad plaatsvindt. Het lijkt me overi
gens een logische discussie om te bekijken of iets algemeen
maatschappelijk aanvaardbaar kan worden genoemd. Tot nu toe
hebben we steeds een schadebeoordelingscommissie voor een
onafhankelijke beoordeling ingesteld en we hebben ons daar
bij in feite neergelegd, zoals ook al in het eerdere raads
voorstel staat verwoord.