2 MEI 1991
182
krijgt, serieus moet nemen en met oplossingen moet komen,
voordat definitief over een voorstel een besluit zal val
len. En daarin zijn het college en ook de stuurgroep duide
lijk. De eerste resultaten van de geschetste problematieken
liggen reeds op tafel. Morgenmiddag en volgende week zullen
wij daarover worden geïnformeerd. Onderzocht wordt hoe men
het achterterrein op een andere manier optimaler kan
ontsluiten, zodat de overlast aan de Godevaert Montens-
straat een stuk verminderd zal worden. De heer Garritsen
spreekt over één dockshelter. In het financiële verhaal
zitten er drie of vier. Er liggen berekeningen van de
schouwburg aan ten grondslag die erop wijzen dat de tijd
dat auto's, vrachtwagens of trailers zullen draaien, gemini
maliseerd zal worden. Ik haal dit nu niet uit een tover-
hoed, maar het is gebaseerd op onderzoeken en als U wenst
dat deze ter visie worden gelegd, dan zullen we dat te zij
ner tijd doen. Dan kan ook heel duidelijk worden aangetoond
dat we een aantal zaken in de oplossingsgerichte sfeer kun
nen presenteren. Dat betekent dat er wel zeker relaties
zijn met het structuurplan van de binnenstad en dat het
niet zo is dat zaken daaruit vooruitgeschoven kunnen wor
den, maar
dat wel zaken in relatie met elkaar gebracht moeten kunnen
worden. In die zin zijn er opmerkingen gemaakt over het Van
Coothplein en de relatie met het structuurplan voor de bin
nenstad. Als het gaat om de discussie in het college over
het investeringsplan
De heer GARRITSEN
Voorzitter, mag ik de wethouder vragen welke bedragen er
voor die dockshelters er inzitten? Naar dat antwoord heb
ik gezocht, maar ik kan er helemaal niets over vinden, ook
niet in de tekeningen.
Wethouder ADANK
O, dan zullen we U daarvan
De heer GARRITSEN
Maar welke bedragen zitten er daarvoor in die 41 miljoen
in of komen die daarbij?
Wethouder ADANK
Neen. Maar dat is iets wat U nu uit mijn hoed getoverd
wenst te zien. Dat weet ik niet. Ik zal het voor U nakij
ken. In ieder geval spreken wij op dit moment over drie en
mogelijk vier dockshelters. Deze week hebben we afgespro
ken dat alles uit de kast moet worden getrokken om de hin
der, zo men die ondervindt, van het lawaai bij het inrich
ten, bij het laden en lossen, tot een minimum te beperken.
Ik denk dat die mogelijkheden er zijn. Over de ontsluiting
van het achterterrein verwachten wij binnen niet al te lan
ge tijd met concrete voorstellen te kunnen komen. Daarvan
menen wij dat er optimaler ontsloten kan worden, dan nu
het geval is geweest. Dat geldt ook voor de procedure ten