2 MEI 1991 192 Wethouder ADANK De eerste signalen dat het niet mogelijk zou zijn om op ba sis van het program van eisen, zoals dat toen op tafel lag, de voorgevel integraal mee te nemen kregen we begin 1991. Toen vernamen we dat dat waarschijnlijk zou leiden tot een voorstel voor het afvoeren van het pand van de gemeentelij ke monumentenlijst. Maar op dat moment was de kwalificatie definitief ontwerp zeker niet aan de orde, voor datgene dat was ingeleverd. Daaropvolgend is er een periode geweest van overleg met welstand, stedenbouw, architect en stuurgroep, hetgeen uiteindelijk heeft geleid tot een definitieve keu ze. Informatie daarover heeft U vanaf medio februari in de besloten commissievergadering vóór de kadernota en ook bij de presentatie van de tussennota "theatercentrum Breda" ont vangen De heer GARRITSEN Ik had steeds begrepen dat het ging om de hoogte van de zaal en dat je met die zadeldaken knel kwam te zitten, maar dat is, neem ik aan, toch niet pas de laatste twee maanden naar voren gekomen? Wethouder ADANK Er zijn ten aanzien van dergelijke aspecten, als het gaat om de bouwtechniek, tientallen problemen te overwinnen en dit is er één van geweest. Ik denk dat ik ten aanzien van de vragen die in tweede termijn zijn gesteld hopelijk na mens het college de toezeggingen heb gedaan waar de raad naar vraagt. De VOORZITTER Ik stel voor dat we overgaan tot besluitvorming. Ik geef aan de fracties of de personen die dat wensen de gelegen heid om vooraf een stemverklaring af te leggen. Het woord is allereerst aan mevrouw Rattink. Wethouder RATTINK Ik heb inderdaad gevraagd een stemverklaring te mogen afleg gen. Tot nu toe heb ik een positieve stem uitgebracht voor het plan voor de schouwburg qua program van eisen, zoals dat nu ook in grote lijnen voorligt en van dat program van eisen wil ik in feite ook niet afwijken. Ik ben nog steeds voor het financieringsvoorstel van 41 miljoen. Echter, vanaf het moment dat het ontwerp vorm kreeg en het monument ter discussie kwam, heb ik een voorbehoud gemaakt, zoals ook de wethouder cultuur al eerder in de raad heeft gemeld. Ik moet zeggen dat het voor mij een hele moeilijke keus is. Ik ben op 27 juni niet meer aanwezig. Ik wil de keus op zich niet ontlopen en ik heb dan ook aan het college meege deeld dat ik op dit moment met het ontwerp, zoals het er nu ligt en de wijze waarop het zich verhoudt tot de locatie, niet kan instemmen. De VOORZITTER.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 192