30 MEI 1991 223 dan die aandacht weer prikkelt. We hebben nu voor ons het jaarprogramma 1991 en in de commissie hebben we een presentatie gehad van T.R.N.concept-beleidskader 1992-1995. Voor beide stukken blijf ik het belang onderstrepen van een evenwichtige betrokkenheid van de drie partijen. Ik heb het in de commissie gedaan maar hier doe ik het ook nog eens een keer. Ik wil ze nog wel eens noemen: de individuele burgers, de organisaties en de instellingen, en de lokale overheid. Het is van groot belang om dan een vorm te vinden waarin alle drie actief gemaakt worden en ook actief blijven. Eén onderdeel daarvan dat ik nog eens een keer met name noem is de bestuurlijke vernieuwing die daarbij een grote rol speelt, maar wellicht, en dan moet ik ook weer even kijken naar het T.R.N.-voorstel zoals dat in ieder geval in concept toen is gepresenteerd, zullen we ook moeten denken aan zaken als een stedelijk platform en alles wat daar eventueel bij hoort. Er is nog een aantal problemen dat dan te overwinnen is, zoals met name met betrekking tot het traject-management een afstemming van vraag en aanbod die nog wat beter moet plaatsvinden. Ook in het kader van sociale vernieuwing, het voeren van een integraal beleid. Ik zeg daar heel nadrukkelijk bij, de komende tijd zou het nog wel eens een keer ertoe kunnen leiden dat er wat moeilijke en wellicht ook pijnlijke keuzes moeten worden gemaakt. Het aantal terreinen dat we uitkiezen om echt sociale vernieuwing te gaan plegen. En een derde punt, ik noem het nog eens een keer, is doorbreking van de bureaucratie, om die titel te hanteren. Het C.D.A. is, en dat is het slot van mijn stukje, tevreden met een aantal toezeggingen van de wethouder. We zullen eerder dan oktober 1992 inhoudelijke resultaten van sociale vernieuwing op tafel krijgen. Er was even een misverstand dat het eventueel pas oktober volgend jaar zo ver zou zijn. De organisaties en instellingen worden op een actievere manier betrokken bij die sociale vernieuwing dan alleen door het toesturen van een themanummer. Ook dat is een toezegging die in de commissie is gedaan. De heer KOEKKOEK Vanuit de P.v.d.A.-fractie wil ik een onderdeel van het rapport Breda Vernieuwt, het programma over 1991, nogmaals benadrukken waar het gaat om de draagvlakverbreding. Mijn fractie onder steunt pogingen van het college om daar een vorm voor te vinden, om de directe betrokkenheid van de burgers in de stad bij het proces van de sociale vernieuwing te vergroten. Het beeld dat oprijst uit het programma 1991 is, en hij hanteert de term van T.R.N., een versnipperd beleid. Wat dat betreft hebben wij een vraag. Wanneer kan de commissie duidelijkheid krijgen over het eindrapport van T.R.N., al of niet vergezeld van een collegestandpunt om bijvoorbeeld te werken aan de vergroting van het draagvlak en het tegengaan van de versnippering? Wethouder ADANK Op de laatste vraag van de heer Koekkoek ingaand: de bedoeling is dat voor de zomervakantie T.R.N. met name de heer Ranner een en ander heeft uitgewerkt in overleg met de stuurgroep en met de projectgroep. Dat betekent dat in het najaar de discussie kan plaatsvinden nadat het college ten aanzien van het plan van aanpak, dat uiteindelijk als doelstelling heeft brede ondersteuning vanuit de maatschappij te krijgen, te mobiliseren ook, dat zal presenteren in de commissie en in de raad. Ik vind de term van T.R.N. niet gelukkig gekozen als ze spreken over "versnippering van het beleid". Het leidt ogenblikkelijk tot een stuk etikettering, een stuk vervuiling, waarover ik het volgende wil zeggen. We gaan zo'n term als "versnipperd beleid" hanteren terwijl we zelf op dit moment - en de heer Sinke zegt: uit de media en uit alle publicaties blijkt dat het proces van sociale vernieuwing wat moeizaam verloopt, vanmorgen ben ik nog even op- en neergekomen om hier in het stadhuis uitgebreid te spreken met de heer Schaefer van de interdepartementale projectgroep en met nog wat van zijn mensen - er toch van overtuigd zijn dat - na de euforie van het begin, maart/april 1990, toen de inzinking en de rellen hier zijn geweest naar aanleiding van de uitspraken in de Kamer - toch de laatste maanden, in de grote steden in Nederland - en Breda hoort ook bij een van die middelgrote en grote steden - er een duidelijke

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 223