27 JUNI 1991
241
Naar aanleiding van de twee brieven die onder letter A. staan en die gericht zijn aan de
gemeenteraad wil ik vragen of het antwoord van het college voor de betreffende raadscommissie
ter kennisname kan worden geagendeerd.
Wethouder RöMKENS
Ten aanzien van brief twee denk ik dat, gezien het verwachte besluit van vanavond, die brief
is achterhaald en onzinnige dingen doe ik liever niet. Ten aanzien van brief een heb ik geen
bezwaar.
De heer GARRITSEN
Op een brief die aan de raad is gericht kunnen wij als raad moeilijk samen een antwoord schrijven.
Het lijkt mij correct dat wij toch in ieder geval worden geïnformeerd over het antwoord dat het
college min of meer namens de raad geeft.
Wethouder RöMKENS
De heer Garritsen is evenals ik op de hoogte van het feit dat de brief van de B.B.A. berust op
een onjuiste interpretatie van kranteberichten. Die berust niet op een standpunt van het college.
Het college is doorgaans niet van plan om met zaken die niet aan de orde zijn serieus om te gaan.
De B.B.A. is inmiddels op de hoogte van het feit dat het voorstel, zoals het vanavond aan de
orde is, volledig haaks staat op de inhoud van hun brief. En daar zijn ze zeer gelukkig mee.
De VOORZITTER
De ingekomen stukken onder rubriek D., zijn daarover nog vragen?
Akkoord, met de stukken onder A. en D.
151. RAPPORT "DE BREDASE STADSREGIO: SAMEN VERDER".
De heer VAN FESSEM
Het lijkt vandaag de dag voor een eenvoudig raadslid niet mee te vallen. Nauwelijks is het
gedachtengoed van het rapport Konijnenbelt "Samen Verder" doorgedrongen, of wij moeten het
al weer vergeten. Immers, de meeste rand- en buurtgemeenten reageren duidelijk veel te
afwachtend, zodat wij dat pad zullen verlaten. Dan, zo besluiten wij vanavond, pakken wij elkaar
weer vast om verder in de duistere toekomst te waren. Maar ziet wat gloort! Eergisteren
presenteerden Dales en De Graaff-Nauta "Besturen op niveau", deel II, waaruit toch, als ik de
pers mag geloven, te destilleren valt dat er bestuurlijk de komende jaren heel wat mogelijk zal
zijn. En voor mijn vragen in de commissie algemene zaken van 13 juni jongstleden, in welke
richting wij ons moesten voorstellen dat de nieuwe bestuurlijke structuur zich zou bevinden, lijkt
ook al de oplossing voorhanden. Het stadsgewest, toch! BentU nu, na het uitkomen van voormelde
nota, van oordeel dat onder punt 4 van het besluit van vanavond, de woorden "stadsregio Breda"
ruim geïnterpreteerd moeten worden, in die zin dat daaronder het hele stadsgewest begrepen kan
worden? KuntU overigens ook nu al aangeven of de nieuwe nota van invloed is op de gemeentelij
ke herindeling in verband met de ruimtenood van Breda? En kunt U een relatie leggen, zo die
er is, tussen de vervroegde aanpak van de commissie Schampers en de meer gemelde nota? Het
lijkt wel voor de hand te liggen, maar toch gaarne duidelijkheid, omdat er de laatste dagen wel
erg veel nieuws onder de bestuurlijkezon is. En wellicht valt het dan achteraf voor dat eenvoudige
raadslid allemaal wel mee.
De heer TAKS