1 juli 1991 285 Daarover is inspraak gaande. Maar als je nu met dit voorstel in feite besluit, want dat heb ik uit de commissie begrepen, om die verplaatsing nu al te laten plaatsvinden voor een bedrag van 330.000,— en dat is niet niks, dan denk ik dat het toch een beetje een slordige wijze van besluitvorming is. Gezien de discussie in de commissie zal het heel moeilijk anders kunnen, heb ik begrepen van de wethouder en in dat licht willen wij ook akkoord gaan. Wij willen toch nadrukkelijk vragen en dan gaat het niet om kleine zaken, dat als het om hoofdzaken gaat, dat die op een normale manier beleidsmatig worden afgewerkt en dat we niet met een financierings- voorstel plotseling moeten besluiten voor zo'n verplaatsing van de ingang van Het Valkenberg. De VOORZITTER In de eerste vergadering van het college in de nieuwe samenstelling op vrijdagochtend om 10.00 uur hebben wij besloten, dat de punten zoals die op de raadsagenda van afgelopen donderdag waren vermeld nog door de wethouders in oude samenstelling zullen worden afgehandeld. Dat betekent dat ik voor dit punt het woord geef aan wethouder Römkens, die vanavond voor de laatste keer in deze raadsperiode voor zover zich laat aanzien en naar wij hopen over dit onderwerp het woord zal voeren. Wethouder RÖMKENS Volgens mij bent U al een concrete invulling aan het geven van het voornemen van het Kabinet om het ziekteverzuim terug te dringen. Want als onverhoopt de heer Koekkoek in de toekomst een keer ziek is, ben ik toch zijn plaatsvervanger. Maar ik heb begrepen, dat hij niet ziek mag worden. En voor het overige is hij natuurlijk altijd aanwezig. Hij mag ook niet op vakantie. Ik wil ook kort zijn. Ik heb namelijk geen behoefte om de commissievergadering over te doen. Wij hebben met elkaar afgesproken, dat wij tot een harmonisatie komen voor wat betreft het beheer van de fondsen, met name ten aanzien van dit fonds en ook het fonds stadsvernieuwing. Die toezegging is in de commissie gedaan en ik denk dat ik die nu alleen voor de notulen nog een keer zal herhalen. De bedoeling is ook nadrukkelijk dat juist bij de begroting een integrale beoordeling moet kunnen plaatsvinden. U weet dat mijn voorganger in deze portefeuille daarmee al druk doende was. En ik ben ervan overtuigd dat mijn opvolger in deze portefeuille de kroon op dit werk zal zetten en U bij de begroting daarmee ook aangenaam zal verrassen. Ik ben het verder eens met de opmerking van de heer Van Dongen, dat wij nu praten over de besteding van vrijval van middelen en dat het daarbij gepresenteerde meerjarenperspectief nu geen onderdeel uitmaakt van de besluitvorming. Bij de begroting kom ik met de schijf 1992. Ik wil er wel nadrukkelijk bij zeggen dat in het verleden genomen besluiten, die in een totaalpakket zijn gepresenteerd, wel hun schaduwen ook in de komende jaren vooruit blijven werpen. Ik denk aan het plan van aanpak Tuinzigt. Ik ga niet zover door nu te zeggen dat U bij de begroting 1992 alle in gang gezette zaken zonder meer en ongestraft kunt terugdraaien. U kunt dat wel, maar niet ongestraft. Met die kanttekening ben ik het met de heer Van Dongen eens. Ik heb al gesproken over de integraliteit van de afweging. Er wordt aan gewerkt. Ook het college constateert dat de vrijval te groot is en dat het op een meer integrale manier moet worden aangepakt. En ik ben het ook eens met de heer Garritsen, dat de verplaatsing van het hekwerk, dat in het concept structuurplan is voorzien in verband met de reconstructie van Het Valkenberg, eigenlijk niet sluipend nu moet worden meegenomen. Maar zoals ik al in de commissie heb gezegd en de heer Garritsen zegt ook terecht dat dat door mij daar is gesignaleerd, we willen nu gelijktijdig verplaat sen, omdat wij niet langer kunnen wachten met die restauratie. Ik ben ook erg blij, dat hij nu voor de laatste keer akkoord gaat met deze ad hoe besluitvorming. Akkoord.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 285